zondag 4 april 2010

KKS07: Primitieve gemeenschap van de Toekomst


Ik vond M bij de houtkachel van het eetcafĂ© op de heuvel van het surfdorp. Hij had zojuist de tent dichtgegooid en was aan het bijkomen van de lange dag, genietend van een biertje. Soms hoestte M en dan zei hij dat het beter zou zijn om te stoppen met roken. In plaats daarvan zag ik dat hij het roken van filtersigaretten afwisselde met het roken van shag.  Ik vertelde M over mijn viservaringen van die dag, die waren desastreus geweest. Op zeker moment was het visdraad in de molen verstrengeld geraakt en op een ander moment vloog de top van de hengel mee in het water. Ook was ik een paternoster kwijtgeraakt omdat het lood op de bodem was blijven haken.Ik sprak over paternosters alsof ik nog nooit anders had gedaan.
M, wiens hengel en molen ik had geleend, luisterde geamuseerd toe. Waarschijnlijk kon hij zich de tijd nog wel herinneren dat hij z’n eerste paternoster verloor. M is sinds kort weer bij zijn oude moeder gaan wonen in Scheveningen. Sinds dien, nu twee jaar geleden, is hij begonnen met vissen. Vroeger had M een zeefdrukkerij, jaren geleden. 'Maar toen de milieueisen te streng werden ben ik begonnen met koken.'
Hij vertelt me over de tijd dat hij prenten maakte voor Karel Appel. ‘ De afbeelding met de minste drukgangen was  er een van 55, de meeste hadden wel 150 drukgangen en meer.’ Er wordt bier gehaald door H, een kleine magere Rotterdammer die in barak nummer 1 woont. H is een lachenbekje, werkt in een chemische frabriek en regelt dingen. Hij heeft contacten in de haven. Later, als alle regen van die dag is gevallen en M niet geheel nuchter op zijn brommer de nacht inrijdt  maken M en H nog de afspraak dat H 20 goedkope pakjes H&M sigaretten uit Rusland voor hem gaat regelen.  H loopt met me mee naar de Hindoestaanse patatboer. In deze hoek van Scheveningen tref je veel moslim families die hier vis eten en uit flaneren gaan. Ook H verkeert enigszinds in beschonken toestand. Ik vraag hem naar zijn duim nagel die vijf centimeter lang is. 'Dat is een Indonesisch teken van rijkdom.' H verklaart dit exotische symbool vanuit zijn beoefening van een agressieve Indonesische vechtsport. Alle geweldadige verhalen die H vertelt contrasteren op spectaculaire wijze met zijn fysieke verschijning. Het meest opvallende aan H is nog wel zijn gebid.Waar bij andere mensen de voortanden zitten, daar heeft H wat vaag afgebrokkelde zwarte stompjes.  Als ik mijn patatje nuttig en H zich tegoed doet aan een frikandel met mayo, vertelt hij over zijn tijd in het leger. Over hoe hij als groentje naar voren werd gehaald door zijn commandant tijdens een zelfverdedigingsdemonstratie. De  commandant zei hem te slaan zodat hij wat verdedigingstechnieken kon uitleggen. 'Twee keer sloeg ik hem tegen de vlakte.' Later nodigt hij me uit in barak1 om wodka te drinken. Vanaf dat moment komen de meest ongelofelijke verhalen boven tafel. Hij heeft naar eigen zeggen veel vuile klusjes opgelost voor het Nederlandse leger op plekken waar we officieel nooit geweest zijn. Pakistan en Egypte noemt hij. 'Ik heb jarenlang boven de wet geleefd en momenteel heb ik niet eens een paspoort.'  Zijn verhaal grenst aan de waanzin. Ze ruimen hem niet op, volgens eigen zeggen, omdat hij al zijn ervaringen heeft opgeschreven en heeft opgeborgen bij de notaris. Ik krijg steeds meer het gevoel in een soort primitieve gemeenschap van de toekomst te zijn beland. Zo moet de wereld eruitzien als de economische crisis echt doorzet. Alles komt hier bij elkaar: Wereldreizigers stranden hier en helpen met het onderhoud en doen klussen, ondernemers hebben er winkels, surfers hun workshops. Maar ook vakantiegangers en mensen die niemand meer hebben komen hier bij elkaar. Vandaag zag ik nog een nieuw slag mensen, de liefhebbers van Duitse bunkers. Ze kwamen in grote getale af op het bunkermuseum waar mijn container bovenop staat. Zodra je afdaalt naar deze onderwereld doet niets meer denken aan de vrolijke kleuren van de surfcultuur, dan wordt je teruggevoerd naar een heel ander Scheveningen, het Scheveningen als vestingstad van de Atlantic Wall. Nogsteeds doen de bunkergravers nieuwe ontdekkigen, dan openen ze bunkers waar de afgelopen zestig jaar niemand een voet in heeft gezet. Als je het hebt over grenzen, over de vraag naar de grenzen van de stad, dan is een deel van het antwoord op wat die grenzen zijn te vinden in de geschiedenis van de tweede wereld oorlog. De Atlantic Wall was een verdedigingslinie, een grens, die nogsteeds bepalend is voor de stad Den Haag.

Na twee kopjes wodka en nog enkele anekedotes van H over het leven boven de wet, hield ik het gisteren voor gezien. Vanaf barak1 liep ik naar de havenmond alwaar ik enige tijd in de duisternis staarde. Even dacht ik het setje zwanen te zien, waar ik mij de afgelopen dagen al over heb verbaast. Het is toch vreemd, van die zwanen in de zee. Ze steken hun koppen onder water en knabbelen van het zeewier.