maandag 21 april 2014

EED01: Rudy

Je kon het vanochtend overal in Den Haag ruiken. Het na walmen van de paasvuren. Eenmaal over duinrug bij Monster was er al niets meer van te merken. Het was windstil en warm. Ik zat te zweten onder mijn pvc jas. Toch was wel duidelijk dat dit zweterige klimaat niet lang meer zou duren. In de verte pakten zich reeds duistere wolken samen. We liepen de bui als het ware te gemoed. Dat is het voordeel van het strand. Je ziet alles al van verre aankomen. Er waren mensen op het strand. Mensen met honden, mensen met kinderen. Sommige mensen hingen in de touwen, hoog boven hen zweefde een matras. De Expeditie trok voorbij en niemand die er erg in had, we hadden onze vlag opgevouwen.
Op de zandmotor bestudeerde we een schattig baby duintje. Na een uurtje lopen kwamen we een 75 jarige stukadoor tegen die zijn hond uitliet. 'In Den Haag zeggen ze altijd “ wat zegt u?”. Terwijl ik toch heel duidelijk praat. Ik kom uit Maastricht, ik heb overal al gewoond. Ik houd wel van Den Haag omdat het anoniem is.'
Hij wilde weten wat we aan het doen waren. We vertelde hem dat we onderzoek deden naar zand.
'Als jullie dat leuk vinden, zou je ook eens in de buurt van Turnhout moeten kijken. Daar heb je unieke zilverzand.'
'Is dit uw hond meneer?' een vrouw van rond de veertig met bruin haar kwam naderbij.
'Ik wil uw adres hebben want uw hond heeft mijn hond aangevallen.'
'Geen sprake van. Dat is het risico van op het strand lopen.'
'Rudy?' zei de vrouw en keek naar haar partner.
Rudy had blijkbaar aan een half woord genoeg. Hij stond direct in vechthouding:'Zal ik jou eens even helemaal afrossen.' Hij was wat dikkig, Rudy, en hij droeg gele gymschoentjes. Hij begon nu venijnige trapjes te geven tegen de oude man.
'Hoho, is dat nou nodig,' zei ik met weinig overtuiging. Ik vond het ook echt onnodig, maar Rudy leek me niet iemand om mee in discussie te gaan. Toen keerde Rudy zich inderdaad tegen mij. 'Doe je rugzak dan af, als je wilt vechten.' Ik deed mijn rugzak niet af. ' Ik ben nog maar net begonnen,' legde ik uit.
De oude stucador gaf zich gewonnen, hij was zijn zonnebril inmiddels verloren. We vonden het niet leuk om te zien, maar we maakten ons toch stilletjes uit de voeten. We hadden nog een hoop kilometers voor de boeg.