Een vriend stuurde mij een artikel van Ellen Rutten die 25 februari 2009 in de Groene Amsterdammer een stuk publiceerde over Beljaev Gintovt die na de verwoesting van de stad Tschinvali in Zuid Ossetie een wijk in Stalinistische stijl ontwierp. Gintovt is een groot fan van Stalin en is een zogenaamd eurazianist die als uitgangspunt hebben dat Rusland anders is dan Europa en recht heeft op een groot Euro Aziatisch rijk. De eurazianisten hebben grote aanhang, ook onder kunstenaars.
‘Regisseurs staken in de jaren negentig energie in het recreĆ«ren van de verleidelijke grootsheid van de Stalin-jaren. In deze voorbeelden is ironie een onmisbaar element; maar ze ontstonden uit nostalgische fascinatie voor stalinistische grandeur die niet heel ver verwijderd is van Beljaev-Gintovts esthetiek. We willen veel minder satirisch zijn dan mensen denken , zegt Melamid in een interview: De Stalin-tijd ( ) was verschrikkelijk, maar ook diep, de echte tijd.’
Melamid, een sots-art kunstenaar (sots-art is de Russische tegenhanger van pop-art), zegt eigenlijk dat iets wat zo vreselijk is geweest ook echt moet zijn geweest. Dat doet denken aan het adagium van Nietzsche: wie een geheugen wil creeeren moet bloed laten vloeien.
Toch is er sprake van kitch vanwege het simplisme dat spreekt uit de reflectie op het verleden als een plek waar het leven echter was dan nu. Dat Beljaev is beloont met de prestigieuze Kandinsky prijs, zegt genoeg over het kitch gehalte in de Russische cultuurpolitiek.
Hier staat het artikel van Ellen Rutten