zondag 5 april 2009
OB07.01.Industrie kultur
Oude en nieuwe fabrieken staan mistig in het landschap. Als we Essen binnenrijden zegt PM Obegga, dat hij het alweer herkent, hier is hij tien jaar geleden ook geweest. Het zijn de oude arbeidershuisjes die het hem doen. Hij denkt ook ineens zeker te weten waar Goedele ons heen brengt. ‘Dat moet wel het Zollverein zijn’ zegt hij. Daar was destijds de excursie van kunstgeschiedenis ook naartoe gegaan. ‘Het is een mooi voorbeeld van hoe je de omslag kan maken van iets dat als negatief wordt gezien, naar iets dat als positief wordt ervaren en waar je dan ook je identiteit aan kan ontlenen.’
Obegga vertelt het alsof hij gisteren nog op excursie was.Volgens hem waren ze hier halverwege de jaren negentig al bezig met duurzaamheidconcepten. ‘wc’s doorspoelen met regenwater enzo.’
Ik moest even denken aan de oude bijenhouder. Ik denk niet dat duurzaamheidsconcepten zoals wc’s doorspoelen met regenwater hem nog enigszins zullen opfleuren.
Als we inderdaad het terrein oprijden van het Zollverein zien we direct dat Goedele ons naar de juiste locatie heeft gebracht. Bij de ingang staat het paviljoen dat we op de een of andere manier direct herkennen. Dat komt door de dubbelheid die in het paviljoen schuilgaat. Het hoort wel en niet in de omgeving thuis.