vrijdag 7 maart 2008
De lieve prop
Pok! Een lieveheersbeestjes klapt snoeihard tegen mijn voorhoofd en land beduusd op mijn toetsenbord. Het is een zwarte met rode stippen, wel een mooi exemplaar. Altijd moet ik dan denken aan het meisje die ik eens ontmoet heb en zich voorstelde als Ldybug. Ze deed dat door te wijzen op een tatoeage die zich op haar bovenarm bevond en waar inderdaad een zwart kevertje van de lieve herensoort in te herkennen was.Ik moet zeggen, Ladybug is een mooie naam.
Ik sta op van tafel en loop naar het raam om een bepaalde hoek van het raamkozijn te inspecteren. En ja hoor ze zijn er weer. Tientallen lieveheersbeestjes hebben zich samengebald in een hoek tot wat we hier in huis de lieve prop zijn gaan noemen. Nou is het probleem met zo’n lieve prop dat het een tamelijk walgelijk beeld oplevert. Ieder lieveheersbeestjes op zichzelf is lief en schattig, maar als aan elkaar geklitte klodder vormen ze een smerig organisme en dat terwijl ik helemaal niet van huisdieren hou. De buurjongen heeft ze ook, maar dan op een ander plaats ergens onder de vensterbank vlak bij de verwarming. De laatste keer dat hij ze daar ontdekte bestond de lieve prop echter uit aan elkaar gekoekte karkassen. Ze zijn een paar jaar geleden met duizenden tegelijk uitgzet om de bladluis op het Lange Voorhout te bestrijden. Weer een voorbeeld van hoe makkelijk het is om de sociaal biologische balans te verstoren door in te grijpen in de natuur
Ladybug het meisje, betrad een paar momenten later een podium waar ze bleek te moeten optreden in een band. Keiharde rockmuziek en opzwepende schorre keel geluiden, deden de goegemeente de ruimte headbangend op en neer zwiepen.