donderdag 2 juli 2015

Schilderswijk

De woede blijft gisten in Den Haag
In de supermarkt sprak ik een vrouw van Hindoestaanse Surinaamse afkomst.
Ze las de kop van de laatste Trouw die nog in het rekje lag: ‘Samenscholingsverbod Schilderswijk’. Ik vroeg of ze in de Schilderswijk woonde en dat bleek het geval. ‘Ik dacht maandag eerst dat het moslims waren die gewoon de straat op waren gegaan om te eten. Het is ten slotte ramadan. Toen zag ik dat het voornamelijk om Surinamers ging en Antilianen. Dat was wel gek.’
Ze had met haar zoon het grofvuil buiten gezet en dat werd door de relschoppers natuurlijk de openbare weg opgetrokken. Hun oude tv kwam op de trambaan terecht. Haar inschatting is dat het niet zoveel met een gevoel van rechtvaardigheid te maken heeft of met de dood van Henriquez. Het onderzoek is ten slotte hangende, wie rechtvaardigheid wil wacht dat af. Er komt een hoop frustratie naar buiten, volgens haar. De Schilderswijk kent het hoogste percentage bijstandsmoeders van de stad en het zijn allemaal grote gezinnen. Die kinderen krijgen geen aandacht en hebben weinig kansen op de arbeidsmarkt. Er is frustratie over het racisme bij de politie, zegt ze. ‘Ik heb er zelf ook wel eens last van gehad. De laatste tijd minder, maar misschien is dat omdat ik ouder ben geworden. Als jong meisje werd ik vaak lastig gevallen door de politie.’
Of het verder nog leuk was in de Schilderswijk, wilde ik weten. ‘Niet echt, voor een vrouw alleen is het niet wat hier. Ik heb geen last meer van de politie, maar ik wordt vaak op een hele vervelende manier aangesproken door de mannen hier.’