Zojuist heb ik een flink bedrag overgemaakt aan de belastingdienst en ik moest denken aan de tachtig jarige oorlog. In de tweede helft van de zestiende eeuw, herkende de opkomende middenklasse van de Lage Landen in het protestantisme een schild en een zwaard waarmee het zich kon lossnijden van de bloedlijn waarmee ze vastzaten aan het Habsburges Rijk. Hun agressie keerde zich strategisch tegen de bloedeloze heiligenbeelden die zich ophielden in de nissen van Katholieke kerken en kloosters. Graaf Alva, die als generaal in dienst was van de Rijksoverheid, stichtte daarop een bloedbank waarop 1000 mensen hun bloed en hun leven moesten storten als schadevergoeding voor de beeldenstorm. De rust leek wedergekeerd, maar toen de graaf, die inmiddels de touwtjes in handen had als alndvoogd, in 1569 enkele belastingen wilde doorvoeren was de maat vol. Een aantal opportunistische graven en prinsen (waaronder jeweetwelvanoranje), de toenmalige business elite, verklaarde toen de oorlog aan het Rijk. Men oordeelde dat er genoeg was betaald. Ik ben wat mezelf betreft ook tot dit oordeel gekomen, maar ja, ik behoor niet tot de business elite. Een prive legertje zit er voorlopig nog even niet in.