Vandaag was ik in Vijfhuizen, om precies te zijn bij het zogenaamde kunstfort Vijfhuizen. Het is een deel van de stelling rondom Amsterdam. Nu worden er exposities gehouden. Ik was er vanwege de opening van de expositie ‘Stellingname’ dat ingaat op het landschap van de Haarlemmermeerpolder. Veel werk is ‘work in progress’. Vooral het onderzoek dat Jan de Graaf & Robert Schütte hadden gedaan naar de verandering van een militair landschap naar een toeristisch landschap is interessant. De toeristische blik en de militaire blik op het landschap liggen dicht bij elkaar, beide manieren van kijken (waar is de vijand? Waar is het interessant?) zijn sterk gedisciplineerd. Het sluit aan bij mijn eigen bijdrage aan deze kunstmanifestatie die eindigt op 23 juni op de dag van de architectuur. Ik wil gaan reizen door Schiphol, de plek die doorgaans alleen maar gezien wordt als vertrek- of aankomstpunt, om te achterhalen wat voor soort stad dit precies is.
Jan de Graaf wist tijdens zijn uitleg geloofwaardig te maken dat de stelling rond Amsterdam er voor bedoeld was om de grachtengordel te beschermen en uiteindelijk het Rijksmuseum. Wat is het belangrijkste werk in het Rijksmuseum (dat gisteren weer openging)? Juist! De Nachtwacht. En wat doen de figuren van de nachtwacht? Die lopen wacht. Net als de soldaten in het fort Vijfhuizen dat deden om de Nachtwacht te bewaken.
Overigens wist Jan de Graaf ook te vertellen dat tijdens de vergaderingen in de tweede kamer er op hetzelfde moment vergaderd werd over de bouw van het fort als over de bouw van het Rijksmuseum en als het fort te duur werd, ging er weer wat geld van het museum af. Uiteindelijk is het fort overigens in een uitgeklede versie neergezet om het Rijksmuseum te kunnen betalen.