Er blijken ontelbaar veel woonvormen te ontdekken langs de
stadsrand. Je hebt natuurlijk de vinexbewoners, de illegale bewoners van de
volkstuintjes, de onaffe boerderij bewoners, de woonwagenkampbewoners, de
recreanten en zo nog wat. Ik kon het niet nalaten om vandaag langs te gaan bij
de bewoners van een boerderij die is opgeslokt door de stad. ‘we zagen hier een
geel wagentje voorbij rijden met de borden van Groningen in de laadbak. Ineens
hoorden we bij de stad. Maar gevoelsmatig horen we nog bij Dorkwerd.’
Omdat ik in de buurt was, ben ik nogmaals het kleefkruidbos
ingelopen. Het gemis van de zonnebril was nog niet gesleten. Tot mijn stomme
verbazing vond ik de plek waar ik van plan was geweest over het water te
springen. Daar lag de zonnebril. Het kleefkruidbos was in een goede bui en
heeft zijn verworven buit weer teruggegeven.