zaterdag 25 januari 2014

Nadeel

De kunstenaars van de kunstkolonie presenteerden vandaag hun werk. Een van hen had een verhaal geschreven over de angst niets te kunnen produceren terwijl je daar artist in resident bent. De fundamentele angst dat anderen wel iets uit hun vingers krijgen en zij niets. Er was met name een kunstenaar die als een gek werk produceerde wat haar ergens aan deed denken. Het deed haar denken aan een stok met een draad en een stuk visnet dat ze aan de kust had gevonden. Ze had het zien liggen en ze had erover gefantaseerd. Ze fantaseerde dat ze de stok had opgeraapt en dat ze die in een museum had gezet. Het was een prachtig object met een blauw stuk touw en een oranje net. Complementaire kleuren, een prachtig stuk aangespoelde kunst. Ze had het zich toe kunnen eigenenen, en kunnen tonen in een museum, maar ze heeft het niet gedaan. Ze was te laat. Ze besloot het stuk aan die andere kunstenaar te geven als een cadeau. Maar uiteindelijk blijft het allemaal bij een goed voornemen, zonder dat het ergens toe leidt. Het was fictie, maar vertaalde wel het gevoel dat de kunstenares soms heeft.
Ik vond het een mooi verhaal en vroeg of het soms ironisch commentaar op hedendaags kunst was en misschien ook op het fenomeen van de artist in residency. Ze begreep de vraag niet (ze kwam uit Zweden), en er was volgens haar geen ironie aanwezig in het verhaal. 'Maar je neemt die andere kunstenaar toch op de hak en ook jezelf?,' vroeg ik.
(die andere kunstenaar, Kalin Lindena, die zoveel produceerde, maakt doorgaans geen onaardige sculpturen, maar wat ze hier deed had een hoog therapeutisch gehalte).
Het gesprek met de Zweedse stokte volledig, helaas. Dat is het nadeel van literatuur, iedereen interpreteert dat anders.