dinsdag 25 februari 2014

ironie als onschuldig tijdverdrijf

Er verschijnen steeds meer artikelen in de media die zich tegen ironie richten. In de New York Times las ik al eens iets over de hipsters van Brooklyn. In de volkkrant stond ook een verhaal over de dominantie van ironie op internet. ‘Inside jokes’ van hipsters die zich boven de massa plaatst. Dat is wat bijvoorbeeld op deze site gebeurd (toegegeven, het is best flauw). Dan vind ik Kim jong il looking at things grappiger.  Het mag niet meer volgens velen.
Toch zullen we moeten erkennen dat we op een veel breder vlak ironisch zijn geworden. De Europese cultuur is gemusealiseerd en daarmee dus ironisch geworden. Arnon Grunberg omschrijft dat mooi in een lezing die hij voor het NIAS hield en die staat afgedrukt in de Groene Amsterdammer. Met westerse hulp is het museum in Kabul weer opgeknapt, maar aan de oorlogssituatie in Afghanistan is weinig veranderd. Een leger dat scholen opent, zal voor de gemiddelde Afghaan een teken van zwakte zijn. Ook Hitler ziet men daar als sterke man. Een ironisch boek over Hitler dat in Duitsland wekenlang de bestseller lijsten domineerde, zou in Afghanistan niet begrepen worden.
In het Volkskrant artikel van 30 november 2013 wordt Joost de Vries aangehaald. Hij voorspelt een nieuwe serieusheid:

In de literatuur ziet hij wel een kentering richting de zogenoemde 'nieuwe ernst'. Auteurs die eerst nog postmoderne boeken schreven, zoals Dave Eggers, hebben nu een meer moralistische agenda. De discussie over de grappen van Gordon is misschien ook wel een teken dat de nieuwe ernst tot de samenleving doordringt, denkt De Vries. 'Er is een groot verschil tussen wat Gordon letterlijk zegt en wat hij meent. Ik geloof wel dat hij niet racistisch is, maar toch wordt hij er - terecht - op aangesproken. Voorheen dachten we misschien dat iemand best zo'n grap kan maken.'

Ook Arnon Grunberg sluit die nieuwe serieusheid niet uit. Hij formuleert het wel heel anders:

Als de export van de museale gedachte daadwerkelijk mislukt, valt te vrezen dat het omgekeerde zal gebeuren. Met andere woorden, als Afghanistan niet Europeser wordt, zullen wij misschien worden gedwongen Afghaanser te worden. Het proces van normalisatie marcheert immers onvermijdelijk door. Zo heeft Duitsland aangegeven dat het zich niet meer wenst te onttrekken aan militaire verantwoordelijkheden. Het verleden mag geen excuus zijn voor comfortabel wegkijken, aldus de Duitse president.

Ironie mag dan infantiele spielerei zijn. Het is een relatief onschuldige tijdverdrijf vergeleken met de heldenverering van oorlogsmisdadigers zoals in Afghanistan gebruikelijk is.