Mijn opa raadde me aan om Prediker te lezen. Prediker was ooit koning van Israel in Jurazalem, zegt hij zelf op pagina 906 van de bijbel (uitgave 2004). vervolgens lijkt hij voornamelijk uit te wijden over een vreemd soort verveling die in hem gevaren is. Hij doet die verveling op als hij een onderzoek doet naar wijsheid en dwaasheid. 18 'Van alles waarvoor ik me had afgebeuld onder de zon kreeg ik een afkeer.'(p.907)
12' Ik heb vastgesteld dat voor de mens niets goeds is weggelegd, behalve vrolijk te zijn en van het leven te genieten.' (909)
De bijbel lezen, het is even wennen. Het onderzoek naar wijsheid en dwaasheid eindigt zo:' Wat er is, was er al lang; wat zal komen, is er altijd al geweest. God haalt wat voorbij is altijd weer terug.'
Dit is toch van een gekmakende abstractie?