donderdag 19 maart 2015

iets dood redeneren

Vandaag was ik bij een debat op de kunstacademie hier in Den Haag. Het debat had als titel; unfixing images. Bij tijd en wijle was het wat hoogdravend en conceptueel. Het ging geloof ik over de rol die foto’s kunnen spelen in het maatschappelijk veld, maar zeker weten doe ik het niet (ik kwam laat binnen). Ik was daar voor een vriend, de Ghanese fotograaf Nii Obodai. Hij vertelde godzijdank gewoon zijn levensverhaal zonder begrippen als fixing en unfixing te gebruiken (ook al gebruikt hij nog steeds de donkere kamer en is fixeren iets waar hij wel verstand van heeft). Opgegroeid op kostscholen in Engeland, was hij bij terugkomst wat vervreemd van de Ghanese cultuur. Dat niet alleen, hij was ook wat vervreemd van zijn vader en uiteindelijk van zichzelf. Het ging een tijd heel slecht. Uiteindelijk is hij via de ingreep van een sjamaan in een bos weer bij zinnen gekomen. Zijn vader was de eerste burgemeester van Accra na onafhankelijkheid. Kwame Nkrumah had gezegd dat de onafhankelijk van Ghana niks voorstelde zonder de onafhankelijkheid van heel Afrika. Een interessante gedachte. Na een door Amerika georganiseerde coupe werd Nkruma afgezet en er kwam een dictator voor in de plaats. De vader van de fotograaf verdween voor langere tijd in het gevang. Wie zijn wij dan eigenlijk als Afrikanen of Ghanezen? Dat was een vraag waar Nii antwoord op probeerde te vinden in zijn fotografie. Het resulteerde in prachtige series over de goudmijnindustrie en de halleluja kerken.
Zegt dit iets over de West Afrikanen? Zeer zeker. Het zijn onderwerpen waar heel erg sterk de internationale component in doorklinkt. Er zijn dertigduizend Chinezen actief in de mijnen en religie is door de Denen naar Ghana gebracht (en daarna uit de hand gelopen als een exotische soort die begint te muteren). Zo ging zijn verhaal van het uiterst persoonlijke, wat ook te zien is aan zijn foto’s, naar het mondiale. 
Iemand in de zaal durfde ook nog op te merken dat een behoorlijk lang deel van zijn verhaal over zijn persoonlijke achtergrond ging en dat hij weinig theorie had gehoord. Die persoon was ook aan het promoveren op de kunstacademie. Hij heeft blijkbaar niet begrepen dat een persoonlijk verhaal alles is en theorie niks. Of om het anders te zeggen; een levensverhaal is leven en theorie is de dood (als het om kunst gaat).