zaterdag 21 maart 2009

yp29. De feitenfabriek



Het Nederlands Forensisch Instituut (NFI)ligt wel beschouwd op twee plekken. Enerzijds markeert het gebouw van Claus en Kaan de ingang van Ypenburg, anderzijds lijkt het vooral op de snelweg te zijn georienteerd. In werkelijkheid heeft het natuurlijk niets met een poortgebouw te maken en ook niet zoveel met Ypenburg. Het is een gesloten bolwerk waar de gemiddelde Ypenburger niet zomaar naar binnen mag. Radio FunX, die ik iedere week meeneem naar een bijzondere locatie in deze buitenwijk, mag wel mee naar binnen. De entree van het instituut doet denken aan een hotellobby. Een bruin marmeren receptie die doorloopt in een keukentje van hetzelfde materiaal contrasteert met de wit betonnen vloer. Langs een raam dat uitzicht biedt op een 'binnenmeertje' met gebleekte kiezels op de bodem, staan twee rode stoelen om in te wachten. Ik zit in de ene stoel en Inez in de andere. We wachten op persvoorlichter Inge Oevering die ons door het gebouw zal leiden. Ondertussen vraag ik of Inez een asperientje voor me heeft, de netwerkborrel van gisteren begint op te spelen. Met het asperientje loop ik over een een bruinmarmeren vierkant in de betonnen vloer, naar de bruin marmeren balie en vraag de receptioniste om een glaasje water. Als Inge Oevering is gearriveerd neemt ze ons mee naar boven. Twee miniroltrapjes steken als een sierraad de wachtruimte in. Vanuit de intieme wachtruimte komen we terecht in een lange smalle en vooral hoge ontvangsthal. Het is een monumentale ruimte met hoge ramen die uitkijken op twee binnentuinen. Daglicht valt via smalle openingen van betonnen lamellen naar binnen. Persvoorlichter Inge Oevering zegt dat het gebouw bijzonder is vanwege z’n specifieke eisen. Waarmee ze doelt op het functionele karakter ervan. Dat terwijl juist aan het niet functionele, het esthetische, bijzonder veel aandacht is besteed. Ik vraag of de konijnen in de binnentuin nog iets te betekenen hebben. Maar Inge kent het verhaal achter de konijnen niet. 'Het enige dat ik heel grappig vind is dat de konijnen gemaakt zijn door kunstenares Femke Schaap.'
Ik zie een deur open staan van een kamertje met een kast waar een schedel in ligt en een potje waarop 'galstenen voor in kast' staat geschreven. Galstenen, ik blijf er gefascineerd naar kijken. Ze hebben wel wat weg van ronde stukjes turksfruit omdat er een wit korrelig poeder om een iets donkerder kern zit. Inge heeft geen idee wat de galstenen te betekenen hebben. Het zou dus om decoratie kunnen gaan.
In een zaaltje naast de sectiekamer, de plek waar rechercheurs vanachter het glas meekijken met forensisch specialisten nemen we de wekelijkse radio reportage op. Inez probeert voortdurend vergelijkingen te trekken tussen het NFI en CSI een tv serie over forensisch specialisten. Ik volg het gesprek maar half want ik ken de serie niet. Als de opname gelukt is stel ik Inge ook nog een vraag. 'Dus justitie vraagt om een bepaald soort informatie en het NFI levert, is dat hoe we het moeten zien?'
Volgens Inge lag het net even iets anders. 'Als je DNA onderzoek op een bekertje uitvoert kan je niet ook nog vingerafdrukken doen, daar moet je een keuze in maken.'
'Er wordt dus in het begin al een keuze gemaakt die de rest van het onderzoek beïnvloedt?', opper ik. Dat lijkt me niet meer dan logisch, maar Inge is weinig toegefelijk op dit gebied.
’Natuurlijk heeft justitie suggesties voor het soort informatie dat ze willen, maar we zijn bij het NFI volstrekt objectief‘, zegt ze. Het idee te moeten leven in een wereld zonder objectiviteit is voor sommige mensen nogsteeds beangstigend, zeker als je werkzaam bent in de forensische feitenfabriek. Ik stel nog voor om in de kantine te gaan kijken. Ik ben erg benieuwd wat mensen eten als ze eerst in een kinderlijkje hebben zitten prikken. Maar helaas blijkt Inez hoog nodig weg te moeten. Ze heeft per ongeluk over een opname heen gespoelt die ze eerder op de dag al had gemaakt.