woensdag 31 december 2008

Bob


Op zondag moest G Bob ophalen. Bob is de kat van Laura en Gil, die dat beest al enkele dagen alleen hadden gelaten want ze waren al voor kerst vertrokken naar het iberisch schiereiland. Bob was nogal schuw en G belde mij na anderhalf uur bijna radeloos op dat ze hem maar niet te pakken kreeg. Ze wist niet waar hij zat. Hij bleek onder de keukenkastjes te zitten, maar hij verroerde zich niet en was er ook niet uit te lokken met brokjes. Terug komen om het de volgende dag opnieuw te proberen zat er niet in. De mensen wonen aan de andere kant van het zuiderpark, zo’n half uur met de tram in een buurt waar je niet vrolijk van wordt. Vanaf Holland spoor komt er beveiliging aan boort van de tram en dat betekend dus dat je een ander soort Den Haag
binnen rijdt.Dat is best fascinerend om te zien en je krijgt er ook wel even een New York gevoel bij, dat wil zeggen een gevoel alsof je je ergens in een verwaarloosd deel van Queens bevindt. Daar dacht ik dus aan toen ik in de tram opweg ging naar G en
en de vooralsnog onzichtbare Bob. Ik was niet van plan langer dan een half uur te besteden aan het vangen van Bob, als daar geweld bij moest komen kijken dan moest dat maar.
Terug in ons eigen huis (ik laat hier maar even achterwege hoe we Bob uiteindleijk hebben gevangen) stopten we eerst alle spleten onder kasten dicht met oude kleren om te voorkomen dat hij daar dan weer dagen onder zou gaan zitten. Maar het mocht niet baten, als je niet oplette was Bob telkens voor lange tijd verdwenen. Dan weer zat hij achter de oven, of de pick up, in de kast achter de cd’s. Plekken waar je volgens mij helemaal niet comfortabel kunt zitten maar Bob had er geen last van.
Vanmorgen heeft Bob een tafeltje van mijn omgegooid, een lang lopend project, waarvan het einde bijna in zicht was. De hoek is er vanaf gebroken. Als Bob ook maar een grijntje instinct heeft, blijft hij voorlopig zitten waar hij zit, op welke onmogelijke plek dat ook moge zijn.

zaterdag 27 december 2008

vibrator


Tweede kerstdag werd bij mijn ouders thuis gevierd. De hele familie was er en mijn moeder was al gauw behoorlijk aangeschoten en dan steekt ze haar mening niet onder stoelen en banken. Zoals dat gaat bij familie diners kwamen alle onderwerpen weer voorbij, van Wouter Bos tot Paul McCarthy’s Santa Claus die eindelijk een vaste plaats heeft gekregen in de binnenstad van Rotterdam. Mijn moeder vond dat het vooral lag aan de perversiteit van de toeschouwers als ze daar een seksspeeltje in herkenden. Hier heeft ze natuurlijk wel een punt. Want McCarthy zelf laat het wijselijk in het midden. Natuurlijk is het zo dat als je het werk van McCarthy kent er niet zoiets bestaat als een onschuldige kerstboom. Maar mijn moeder had daar te weinig fantasie voor declameerde ze. Ze was inmiddels gaan staan om haar woorden kracht bij te zetten. De enige vibrator die ze ooit had gezien had ze bij mij in de la gevonden. Hierop draaide iedereen zich natuurlijk naar mij om met een vragende blik in de ogen. Er werd gedacht dat ik misschien een toelichting zou geven. Wat kon ik daarop zeggen. Het klopte wel dat ik jaren lang, vanaf mijn vijftiende, een vibrator in la van mijn bureau bewaarde. Ze werden gratis uitgedeeld bij de opening van Christiene le Duc vestiging in Apeldoorn.Het ging om een tasje met foldermateriaal en dus die vibrator. Dat foldermateriaal heb ik weggegooid, maar om nu een vibrator weg te gooien? Dat ging me te ver. Het was tenslotte wel een technisch dingetje met een motortje erin enzo... Zoiets gooi je niet zomaar weg. Toch?

donderdag 25 december 2008

Onderhuidse Knikkers


Er is een verhaal van Bukowski waarin zijn alterego Henry Chinaski behoorlijke problemen heeft met acne. In de loop van het verhaal wordt het steeds erger, wat als enig voordeel heeft dat mensen hem niet lastig vallen want iedereen gruwelt van zijn uiterlijk en niemand durft bij hem in de buurt te komen.
Op een gegeven moment is zijn gezicht bezaait met puisten zo groot als eieren.
Een grappig verhaal waar ik aan moest denken toen ik net in de spiegel keek en waardoor het verhaal ineens een andere lading kreeg. Het zijn dan wel geen eieren, maar toch wel onderhuidse knikkers. Ik tel er vijf; bij mijn oorlel zitten er twee, dan halverwege mijn kin nog een en in mijn nek ook nog twee. Die laatste zit er het langst, daar ben ik inmiddels aan gewend. Ik heb er vorige week nog met een gesteriliseerde naald ingeprikt. Daar voelde ik niets van, het was gevoelloos en er kwam ook niks uit. Ik heb het gevoel dat mijn gezicht in opstand is gekomen. Chinaski had na de handbooroperatie zijn hele hoofd in het verband gezwachteld, nu kwamen de mensen ook niet bij hem in de buurt maar ze bekeken hem anders. Niet langer met afschuw, maar eerder met ontzag want iedereen dacht dat hij een of ander heftig ongeluk had gehad. Ik vertrek zo meteen met G en haar ouders naar het kerstdiner waar de hele familie aanwezig is. De vader van G zit al de hele ochtend op ons te wachten, althans die indruk wekt hij. G en haar moeder doen nog wat goudverf op hun gezicht en ik zit in de kamer op het bed te typen en me af te vragen hoe ik het beste mijn gezicht kan inzwachtelen.

dinsdag 23 december 2008

Een onzedelijk voorstel


Afgelopen zaterdag hebben we bij vrienden gegeten in Rotterdam. We, dat wil zeggen de lieve G en ikzelf. De vrienden betroffen een bevriend stel met een eigen huis. Wij hebben geen eigen huis en op hun vraag of we daar al mee bezig waren konden we gemakkelijk ‘nee’ beantwoorden. Zeker nadat we hadden uitgerekend hoeveel geld we verdienden. Na vier flessen wijn zei de mannelijke helft van het stel dat ik een coach nodig had en het was duidelijk dat hij daarmee zo iemand als zichzelf bedoelde. Hij coached namelijk ook zijn vriendin. Althans hij ‘managed’ haar band. Misschien is er wel een groot verschil tussen coachen en managen, maar ik vermoed dat het tamelijk dicht bij elkaar in de buurt ligt. Eén ding was volgens het bevriende stel zonneklaar: ik had hulp nodig. Hoe kon het anders dat een vriend van mij die exact hetzelfde werk doet in een porsche rijdt en ik niet? Ik begon te vertellen dat het niet zo eenvoudig lag en dat een coach mij waarschijnlijk ook geen porsche zou bezorgen. Bovendien hoefde ik niet per se een porsche. Ze zeiden dat ik te snel tevreden was en hij benadrukte dat ik me als een schoothondje gedroeg en dat ik met mijn talenten allang aan de top had moeten zitten.
Ik zei het al: er was behoorlijk wat wijn gedronken. De volgende ochtend toen iedereen nog lag te slapen heb ik de flessen geteld, het waren er zeven. Daarna verliet ik met de lieve G het huis, zij was de nacht ervoor op de bank in slaap gevallen en toen zijn we maar helemaal gebleven. Die middeg nog fietste ik naar de Haagse buitenwijk Ypenburg.Ik besloot mezelf te coachen en mijn eerste opdracht was om in Ypenburg bij mensen thuis hun koffiezetapparaat te fotograferen. Niet een erg leuke opdracht, maar wie naar de top wil kan maar het beste in een buitenwijk beginnen. Het coachen is vooral een confrontatie met jezelf. Het is goed om te zien hoe deuren in je gezicht worden gesmeten als je mensen vraagt of je hun koffiezetaparaat mag fotograferen.
Mensen beschouwen het als een onzedelijk voorstel. De enige die open deed was een vrouw met twee verschillende schoenen aan. Zij liet me binnen en ik mocht haar koffiezetapparaat fotograferen, wat me een bijzonder goed gevoel gaf. Het was een volautomatisch ding van het merk Saeco, model Vienna. Met twee drukken op de knop kreeg ik een vers dampend kopje koffie voorgeschoteld. Wat ik wel wilde vragen, heb ik niet gevraagd. Ik vond het al heel wat dat ik daar binnen was. Het shoothondje knort teverden, de terrier in mij is vooralsnog niet ontwaakt.

dinsdag 16 december 2008

Staatslot




Vice-President Francisco Santos zei het een maand geleden nog tegen de colombianen die door talloze pyramide spellen in sloppenwijken waren opgelicht:
’ Niks is gratis in deze wereld en dat zal nooit veranderen.’ Eergisteren werd bekend dat de vooraanstaande belegger Bernard Madoff iets van 50 miljard dollar heeft laten verdwijnen in wat hij zelf omschreef als een 'ponzi scheme', een soort pyramide spel. 'Niets is gratis in deze wereld', maar het is juist het geloof in snelle rijkdom dat ons dagelijkse leven en daarmee de economie in z'n greep heeft. Ook de reden waarom we nu in een crisis zitten trouwens. Er is wat dat betreft maar weinig verschil tussen Wall Street en de slopenwijken van Colombiaanse steden. Ik ga maar eens een staatslot kopen.

maandag 15 december 2008

JOS


Het is zover: Mijn vriendin heeft een coach. Dat wil zeggen: ze heeft zich beschikbaar gesteld als proefkonijn. Het gaat namelijk om een coach in wording, genaamd Jos, die zoals piloten dat noemen ‘vlieg uren’ moet maken om een officieel brevet te krijgen. Jos was vroeger een consultant van het één of ander, maar blijkbaar moest daarbij vooral veel getypt worden want Jos zit van z'n oksels tot z'n enkels onder de RSI. De coach typt niet. Ik zeg het maar eerlijk: ik houd er niet van, al dat gekoots. Zeker niet sinds de vriendin van een vriend van mij het met hem heeft uitgemaakt omdat de coach had gezegd dat dit beter was. Dat is natuurlijk de coach als schaamlap of excuus automaat. Je kunt voor iedere beslissing verwijzen naar je coach, zelfs als deze daar helemaal niks over gezegd heeft. ‘Het moet van m’n coach', is de hedendaagse variant op: ‘God heeft het zo gewild.’
Vandaag kwam Jos op huisbezoek en heeft hij verteld over ‘leven in het hier en nu’. Dat we altijd bezig zijn met de toekomst of het verleden, maar dat we het hier en nu vaak vergeten. Dat klinkt natuurlijk bekend in de oren. Coaches vertellen ons vooral wat we eigenlijk al weten, net als belastinginspecteurs en pastoors.
Sommige mensen kijken naar goudvissen in plaats van dat ze een coach consulteren, niet vanwege de goudvissen, maar vanwege het glas.
“Glas”, schrijft Walter Benjamin, “is een hard en glad materiaal waarop niets zich vastzet. Ook een koud en nuchter. De dingen uit glas hebben geen ‘aura’. Het glas is nu eenmaal de vijand van het geheim. Het is ook de vijand van het bezit.”
Mensen die leven in een wereld van glas, leven in een wereld zonder bezit en wie geen bezit heeft, heeft ook geen zorgen. Zeker niet in tijden van de economische crisis. Kijk naar een goudvis en zie het glas: ‘welkom in het hier en nu.’
Overigens heeft Jos ook al een vriendin van ons ‘gelukkig’ verklaard. Dat klinkt best interessant, maar dan zou ik dit wel zwart op wit willen hebben, zodat je dat officieel op je CV kan zetten: In bezit van universitair diploma geschiedenis behaald aan de universiteit Groningen en een certificaat ‘gelukkig persoon’ met het stempel JOS (Juichend Op Straat).

zaterdag 13 december 2008

Complexe systemen



De tuin architect en denker Louis le Roy is op een terrein van vier hectare grond in Mildam bezig met een onderzoek dat er in het kort op neerkomt dat hij wil kijken wat één persoon in een leven kan bewerkstelligen door alleen maar stenen te stapelen. De structuren die daarbij ontstaan vormen een fundament voor allerlei mossen en planten die langzaam met het bouwsel integreren. Le Roy beschouwd deze bezigheid als het creëren van complexe systemen waardoor er een rijker ecosysteem ontstaat. Dat laatste begrip, complexe systemen, is afkomstig uit de biologie. De theorie die erachter zit is ‘hoe complexer een systeem is hoe beter de overlevingskansen van dat systeem zijn’.
Ons lichaam bijvoorbeeld, weet tamelijk goed met mankementen om te gaan. Als er ergens een spiertje is gescheurd wordt dat over het algemeen nog aardig opgevangen door andere spieren. Maar in de samenleving zijn bestuurders juist naarstig opzoek naar monoculturele systemen, waarbij methodes als functiescheiding worden toegepast. Soms als dingen uit de hand lopen wordt er nog wel eens in wijken ingegrepen en wordt er gentrification toegepast: hoge inkomensgroepen worden dan in achterstandswijken geplaatst met als doel een soort gedwongen integratie, maar dan is het meestal al te laat.
Hoe meer onduidelijkheid en chaos hoe beter. Misschien geldt dat ook wel voor relaties tussen mensen. Hoe complexer of onduidelijker die zijn, hoe beter de overlevingskans van het systeem. Daarom moet je ook nooit trouwen, dat is namelijk een monoculturele relatie en schept een vals soort zekerheid dat niet goed is voor de overlevingskansen van het systeem.

woensdag 10 december 2008

De Hel, dat zijn de anderen



Laatst legde iemand mij de volgende vraag voor:

Als wij tegen deze mensen roepen: "U BENT UNIEK". Hebben we dan gelijk, een beetje gelijk of helemaal ongelijk? Heb je daar ideeën over?
Waar komt de drang vandaan om uniek te willen zijn?

Ik denk dat je met zo'n uitspraak in de kern geen compliment geeft, of een constatering doet, maar dat het van oudsher eigenlijk een opdracht is, of een soort oerlast die we voor onszelf hebben bedacht.Met deze uitspraak zeg je dus eigenlijk:'gaat heen en wees uniek.'
Volgens mij is het terug te voeren tot Descartes die heeft gesteld: 'ik denk, dus ik besta'. Want vanaf dat moment begonenn we onszelf te definieren ten opzichte van de wereld in plaats van als deel van de wereld. Daarvoor leefden we misschien nog in het paradijs, in een magische(middeleeuwse) wereld waarin alles met elkaar te maken had en verschillende fenomenen verhalend aan elkaar werden geknoopt. De emns maakte deel uit van een netwerk dat ebstond uit religie, seizoenen, politieke structuren, sociale dorpsverbanden en arbeidsverhoudingen. De individualisering die al in het 'ik denk, dus ik besta' van Descartes ligt besloten, vereist dat we ons moeten gaan onderscheiden van de wereld om ons heen. De mens manoeuvreerd zichzelf als zelfstandig actor door de wereld. We zijn anders dan de anderen omdat we denken dat we anders zijn dan de anderen. Wat dat betreft had Jean Paul Sartre het goed begrepen toen hij stelde: 'De hel, dat zijn de anderen.'

dinsdag 9 december 2008

witte bloedlichaampjes



In het science museum in London is momenteel een expositie te zien over Japanse auto ontwerpen tegen de achtergrond van de Japanse maatschappij.Er wordt daar, ook vanuit de auto industrie, op een meer procesmatige wijze naar auto’s gekeken. Dat wil zeggen: auto's worden benaderd vanuit hun rol als onderdeel van het verkeer. Daarom gaat het ook niet om expressieve ontwerpen, maar om ontwerpen die integreren in een groter geheel van vervoerstromen in de stad. Misschien moet Camiel Eurlings daar eens gaan kijken om inspiratie op te doen voor het aanhoudende file probleem. Ik ben alleen bang dat een dergelijke benaderingswijze nog wel eens typisch Japans kan zijn. Treinen rijden daar ten slotte ook op tijd en hoe vaak de NS al in Japan is geweest zonder iets bij te leren....Bovendien geldt de auto in Europa nog steeds als een middel tot individuele expressie en bewegingsvrijheid. Of zoals een BBC reporter het noemde: ‘a means to get away from your parents.’

zondag 7 december 2008

Druppels van een neus


Vanochtend werd er op de radio (OVT, VPRO) gesproken over de luchtbrug tussen het westen en de Amerikaanse sector in Berlijn. Het is een van de grootste logistieke operaties in de geschiedenis geweest en er ging dus ook nogal eens wat mis. De vliegtuigen mochten maar door een hele beperkte luchtcorridor vliegen en er landde iedere drie minuten een toestel. Soms botsten ze tegen elkaar. De slachtoffers die vielen voor het instant houden van de luchtbrug kregen allemaal een speciale begrafenis waarbij de kisten door Berlijn werden gedragen en een fanfare corps de dodenmars speelde. Op de radio was een man te horen die destijds voor dat corps de grote trom bespeelde. Dat was volgens hem niet zo makkelijk want je kon bijvoorbeeld niet teveel eten vanwege de trillingen die de trom veroorzaakte, dan kwam alles er weer uit. Tegelijkertijd had je natuurlijk wel genoeg energie nodig om die tocht af te maken. Daarnaast zat je met zijwind die je voortdurend uit koers bracht en waardoor je een soort slapstick-achtig dansje moest maken om op koers te blijven. Bij de begrafenis zelf was een pastoor met een hele lange puntige neus. Als het regende vielen er druppels van die neus. En het hele fanfare corps keek vol spanning naar die neus. Iedereen dacht dat het hele nette en vrome jongens waren die zo aandachtig naar de preek luisterden. Maar in werkelijkheid telden ze de druppels die van de neus vielen, daar hadden ze namelijk geld op gezet.

zaterdag 6 december 2008

Rododendrons in duister gehuld


Gisteren zag ik in het park Clingendael een file van ganzen in een brede sloot. Sommigen konden niet doorvaren omdat andere ganzen niet opschoten onder een bruggetje. Af en toe werd er gekwaakt en getoeterd. Alle ganzen van het park hadden zich in de sloot verzameld en voeren nu als witte bootjes in de verte een bocht om. Omdat ik aan het hardlopen was kon ik ze niet achterna om te kijken waar ze heen gingen.
De rododendrons van het rododendron bos waren al in schaduwen gehuld. Spoedig zou het donker worden en dan zou ik op de tast verder moeten. Voorbij de rododendrons en de Duitse bunker, zaten de kraaien al in de twee bomen die ze blijkbaar gezamenlijk hadden uitgzocht om de nacht door te brengen. Van onderen leken het net gigantische zwarte luizen die op de takken dicht tegen elkaar aan zaten geplakt. Gelukkig lichtte in de verte het hobbelige open veld al tussen de bomen op. Er stond daar een prullenbak op hoge poten en om op de zitting van de picknick tafel plaats te nemen had je al bijna een keukentrapje nodig. Ze waren uitgegraven door de gaten gravende honden. Ze waren er nu niet. Maar later, in de laatste strook donker bos, hapten er harige wezens met glimmende ogen naar mijn witte trainingsbroek.

donderdag 4 december 2008

Verpakt in een condoom


Gisteravond na het zien van de documentaire But one of my two eyes in het Gemak.org, over het Israëlische nationalisme, lijdende palestijnen , jonge soldaten die orders opvolgen, ja waarover ging het eigenlijk niet?, volgde er een vreemde discussie over hoe het toch mogelijk is dat de Israëli niet inzien dat deze situatie volstrekt niet rationeel is. ‘Het is toch niet rationeel om die kinderen bij het hek te laten wachten, die moeten naar school?’, zei de gespreksleider tegen een dame die onderzoek had gedaan naar het Israëlische leger. Wat het leger precies met rationaliteit of irrationaliteit te maken heeft weet ik niet. Maar ik denk dat binnen de militaire logica volstrekt rationeel gehandeld wordt, of in ieder egval zo rationeel mogelijk. Maar goed ieder vorm van rationaliteit is voral rationeel binnen de kaders logisch orde die ze zelf heeft voortgebracht.Kinderen bij een hek laten wachten kan dan dus heel rationeel zijn.
Los van rationaliteit (dat blijkbaar als iets positiefs wordt gezien) was vooral de sfeer in het zaaltje interessant. Dat was een sfeer van onbegrip: ‘Hoe konden die Joden nou niet inzien dat ze hetzelfde doen wat de nazi’s ooit bij hen uitspookten?’. Dat werk.
‘De zwakken proberen de sterken altijd een schuldgevoel aan te praten’, zei de vriend met wie ik naar deze avond was gekomen.Een vrouw in het publiek kwam met een uitspraak waarmee ze misschien wel meer iets over zichzelf wilde vertellen dan dat ze een bijdrage wilde leveren aan de discussie. Ze vertelde dat ze eens een snoepautomaat had gezien, waar tussen de marsen en de milkyways ineens een condoom verstopt zat. ‘kunnen we met dat soort trucs de Israëli niet de ogen openen?’. Dat niemand daar nog opgekomen is: we verstoppen het midden oosten conflict als een condoom in een snoepautomaat. Dan kunnen Israëli zich discreet laten informeren over wat er echt aan de hand is.

dinsdag 2 december 2008

Get Well Soon!


‘Heeft u het ook zo naar uw zin in uw geel geschilderde kamer met uitzicht op de prachtige groene tuin?’

‘Nou, ik uh, wordt er een beetje tureluurs van’

‘Wat?! Weet u wel dat hier ongelofelijk veel onderzoek naar gedaan is? Het is een wetenschappelijk feit dat u zich nu veel beter moet voelen.’

‘Sorry dokter, ik uh... vind het nogal overheersend en druk moet ik zeggen.’

‘Schande! Wat wij al niet doen om het u naar de zin te maken en het enige dat u kunt doen is klagen, klagen en nog eens klagen over de kleur van de muren nog wel, heeft meneer nog meer pietluttelige kwesties die hij van z’n hart wil? Nou...?’

‘Eh nee dokter, ik ahum, zal voortaan beter m’n best doen, maar ik moet zeggen dat ik het wel jammer vind dat er ik hier zo in m’n eentje lig, de vorige keer met m’n bypass operatie lag ik op zaal te herstellen en toen was daar mijn buurman Gerard, nou we hebben gelachen jongen...’

‘Wat krijgen we nou? Is meneer nu ook al niet tevreden over zijn 1 persoonskamer? U ligt in een hotel toch ook niet op een zaal? Nou? ‘

‘Ja maar een ziekenhuis dat is toch anders, ik bedoel het is prettig om lotgenoten te ontmoeten terwijl je op vakantie het liefst niemand wilt zien, dan wil je alle mooie plekjes voor jezelf houden, terwijl je de ervaringen in een ziekenhuis juist wilt delen...’

‘Mooie boel is dat, dit ziekenhuis heeft miljoenen euro’s extra gekost aan onderzoek en meneer schuift dat in 1 keer van de baan, maar dat kan zo maar niet. Hier bepalen wij wat goed voor u is, begrepen?’

‘Ja dokter, fijn dat u weer het heft in handen neemt, kunt u misschien ook even vertellen welke tv programma’s ik moet kijken om sneller beter te worden? Dan hoef ik vanavond niet zo te zappen.’

Oliebollen


Vanochtend werd het NS station ontruimt.Er was niks aan de hand met de treinen, maar kennelijk was er een alarm afgegaan in het kantoor dat aan het station vastzit. Al het personeel van dat kantoor, deels NS mensen en deels van Shell, stond op het stationsplein.Niemand wist wat er aan de hand was, maar voor de zekerheid moest alles ontruimd worden. Typisch voorbeeld van een ketting reactie aan nutteloze handelingen ingang gezet doordat iemand van bovenaf alarm heeft geslagen. Wel vreemd dat het ongeveer een half uur duurde voordat de brandweer ter plaatse was. Ook de politie kwam aangewandeld op een moment dat de omstanders zo ongeveer omvielen van verveling. Er gebeurde werkelijk niets en niemand wist wat er precies aan de hand was, wel dat het de eerste van de maand was en dat er vlak daarvoor nog een oefening was geweest. De BHV’ers die ik probeerde uit te horen bezwoeren mij dat dit geen oefening betrof. Ik had daar trouwnes nog nooit van gehoord van BHV'ers. Maar BHV’ers (bedrijfshulpverlening) zijn mensen die in noodsituaties gele hesjes aantrekken en in walki talkies praten, zonder dat ze een clou hebben van wat er aan de hand is. De enige die heel duidelijk profiteerde van deze situatie was de Hollandse Gebakkraam. In tijden van onzekerheid propt men zich vol met oliebollen.Uit angst of verveling, dat zal de uitbater van de Hollandse Gebakkraam een worst wezen. Ik vermoed een complot tussen deze uitbater en de BHV'ers. Voedsel is oorlog, zoals ik gister al opmerkte.