woensdag 16 januari 2013

Bloom

 
Een vriend attendeerde me op het boek ‘Cooking with Mud, The Idea of Mess in 19th-Century Art and Fiction’ door David Trotter. Ik heb de inleiding gelezen. Het is een interessante gedachte dat troep en rotzooi en smerigheid juist een thema werd op het moment dat alles juist hygienischer wordt. Eigenlijk heel begrijpelijk. In de negenentiende eeuw wordt vuil een obsessie. Een citaat: 'It may be that there is a particular sharpness to the disillusionment stains induce. The treacly blob which suddenly materializes on the hem of a dress, just as you are about to go out for the evening, or the black mark etched with the force of acid into a shirt-collar, are worse than irritating. They subtly corrode the idea of yourself you have prepared for the world's inspection. They take the bloom off fantasy. You can change your clothes, but you cannot restore that feeling of absolute readiness; you cannot restore the anticipation. What makes it worse, I think, not better, is that you do not have the luxury of blaming yourself. Messes tend to be nobody's fault; or a fault barely worth the effort of reproof. Messes just happen.'
Die zinsnede:’They take the bloom off fantasy’, doet me denken aan de werkelijkheid zelf die vaak geneigd is je de smerigheid van het bestaan onder de neus te wrijven. De werkelijkheid dient zover mogelijk buiten de deur gehouden te worden. Het is beter om in gefantaseerde rotzooi te leven dan in echte rotzooi.