We hebben een eigen ommuurt terrein, een minicampus binnen de autowijk van Kumasi (Suame magazine). Het is ons werkstation. Hier staat inmiddels een 45 jaar oude auto die ooit ontwikkelt is door de universiteit van Kumasi ( op basis van een oude Morris). De auto, die de uil wordt genoemd, roept veel reacties op. Het team van mechanics met wie we een auto willen gaan bouwen is momenteel fanatiek bezig de Uil weer aan de praat te krijgen. Overal worden onderdelen vandaan gehaald. Ondertussen is mijn eigen laptop gecrasht, wat ook behoorlijk vervelend is. Ze kunnen hier veel, maar een Mcbook air repareren zit er helaas niet in. De Macbook air is misschien ook niet gemaakt om te worden gerepareerd.
woensdag 30 januari 2013
zondag 27 januari 2013
Getuigenis
In onze drang de technologie steeds geavanceerder te maken lopen we ook het risico onszelf buiten spel te zetten. Tegenlicht besteedde er aandacht aan vorige week en toevallig lees ik op de site van The New York Times ook een artikel geschreven door Huw Price die ingaat op hoe kunstmatige intelligentie een gevaar kan zijn voor mensen:'By “existential risks” (E.R.) we mean, roughly, catastrophic risks to
our species that are “our fault,” in the sense that they arise from
human technologies.'
Onze relatie tot machines gaat hoe dan ook veranderen. Ze is in ons deel van de wereld al wezenlijk anders dan in bijvoorbeeld Afrika. In dat licht is het bezoek aan een Afrikaanse recycle fabriek, overmorgen zal ik er zijn, een interessant kijkje in een gemeenschap die deels nog leven in de oertijd van het industriële tijdperk. De mens werkt hier nog met de hand om de machine aan de praat te krijgen. Dat hele idee van werk, gaat onherroepelijk verdwijnen. Daarom ga ik erheen, bij wijze van getuigenis, om een laatste glimp op te vangen van het industriele tijdperk.
vrijdag 25 januari 2013
Eigenwaarde
‘Je moet een brief schrijven,’ zei de man in zijn hokje zonder op te kijken of zich nader te verklaren. Van de papiertjes die ik had gekregen uit het Ghanese bonnenboekje was ik de meest belangrijke kwijt geraakt. Het betrof een scheef gedrukt flodderbriefje wat ze graag wilden zien. Het afhaalbewijs. Ik had alleen het betaalbewijs. Een brief schrijven leek me omslachtig. Dat zei ik ook tegen de man in zijn hokje, wat gek genoeg een Hindoestaan is. Ik bleef dus maar tegen hem praten en zei dat ik daar toch was in bloedeigen persoon en dat ze toch konden zien dat het mijn paspoort was en dat ik toch het betaalbewijs had, waar ook mijn naam op stond. De man werd kwaad en wilde niet meer met mij praten, ik werd zonder nummertje naar de wachtkamer gestuurd. De aanvankelijk positieve ervaring met de visum afhandeling dreigde alsnog een drama te worden. In de wachtkamer was mijn lot volstrekt onduidelijk. Geen idee of ik geholpen zou worden. Toen er iemand van het ambassade personeel naar binnenkwam klampte ik hem aan en hij legde heel aardig uit dat ik alleen maar een briefje hoefde te schrijven waarin ik verklaarde het paspoort te hebben opgehaald. Meer niet. Geen ‘letter’, maar een handgeschreven ‘note’, wat nogal een verschil is. Ik had mijn paspoort binnen tien minuten in bezit. Met deze herwonnen eigenwaarde, voelde ik me weer een stuk zekerder. Ik ging dan ook terug naar de man in zijn glazen hokje. Een dikke man met een chagrijnig hoofd. Ik vroeg hem waarom hij niet wat aardiger kon doen, waarom hij er altijd op uit was om mensen te laten lijden. Hij explodeerde zowat en kwam zowaar uit zijn hokje om mij hoogst persoonlijk uit de ambassade te smijten. Gelukkig met behoud van paspoort.
donderdag 24 januari 2013
Resort Sandals
Een vriend van mij heeft van palmbladeren een soort leer gemaakt; palmleer. Hoe hij dat heeft gedaan, weet ik niet. Het is een geheim recept. Vandaag kreeg ik een paar slippers om uit te proberen. Het betrof een setje resort sandals. Dat vind ik een prachtige term. De resort sandals hoeven niet heel lang mee te gaan, ze hoeven het slechts te doen voor de duur dat je in het resort bent. Het leuke aan de resort sandals, heb ik gemerkt, is dat indien thuis gedragen er vanzelf een bepaalde slenterende manier van lopen ontstaat. Je voelt het meteen. Als je van de keuken naar de woonkamer loopt denk je ieder moment bij het zwembad uit te kunnen komen.
woensdag 23 januari 2013
Plaatselijk
Plaatselijke verdovingen, daar ging het vandaag over tijdens de lunch. Dat je wel een vermoeden hebt dat ze dingen met je uitspoken maar dat je niet precies weet wat. Iemand vertelde dat hij een keer vanaf zijn middel naar beneden verdoofd was en dat je dan dus niks voelt, maar dat je wel merkt dat ze je optillen, alsof alleen de sensatie van zwaartekracht is overgebleven. Iemand anders vertelde over z’n oma die verdoofd was tijdens haar heup operatie maar nog wel bij bewustzijn. Ze waren met haar bezig aan de andere kant van het doek en ze hoorden de artsen praten. Ze hoorde ook een ongelofelijk kabaal van een hamer dat iets aan het wegbeuken was. Alsof ze in de ruimte ernaast aan het verbouwen waren. Dat was achteraf het geluid van haar eigen verbouwing. Vervolgens zei iemand dat hij bij de tandarts nooit iets onder verdoving liet doen omdat de pijn hem wel beviel. Bovendien heb je dan het gevoel dat je ook echt iets hebt gepresteerd, vond hij. Daar kan ik wel in komen. Ik doe meestal ook geen verdoving. Op de schaarse momenten dat je nog iets van mannelijkheid kan tonen, moet je je kans grijpen vind ik. Met hengelsport ben ik een drama.
dinsdag 22 januari 2013
Definitief
‘De jurk van Michelle Obama was de belangrijkste gebeurtenis van de inauguratie,’ zei Barack Obama. Hij zei het voor de grap maar de kans is groot dat dit, samen met haar nieuwe kapsel, inderdaad de belangrijkste gebeurtenis was. De riem die ze droeg zou dan betaalbaar zijn voor mensen met een bescheiden budget. We kunnen concluderen dat het consumentisme de politiek definitief heeft verslagen.Of: consumentisme is politiek met andere middelen.
maandag 21 januari 2013
Aanlengen
Zoals u merkt hebben wij maar vijf bakjes bij ons. In verband met de veiligheid kunnen wij niet verder aanlengen. Dit zei de conducteur in de trein vandaag, onverwacht poëtisch mag ik wel zeggen. Het is beter in mysteries te praten wanneer het buiten spookt dan alles proberen te duiden. We hebben toch geen vat op de weersomstandigheden, hoe nauwkeurig we die ook proberen te omschrijven.
zondag 20 januari 2013
Stervende Orchideeën
Vanavond heb ik met de lieve G een wandeling gemaakt naar Hotel des Indes om hier koffie te drinken. Het hotel heeft een zekere charme, maar heeft op sommige punten z’n oubollige karakter teniet gedaan met goedkope lampen ornamenten van papier in de vorm van galajurken. Ze zijn duidelijk gemaakt door een tweederangs kunstenaar (achteraf denk ik dat het om een tijdelijke expositie gaat). Gelukkig zijn de planten en bloemen wel echt. Een
dubbele espresso van vijf euro smaakt alleen goed als er stervende orchideeën op tafel staan, niet als die van plastic zijn.
zaterdag 19 januari 2013
Openingen
Openingen van tentoonstellingen hebben een rare dubbele functie, enerzijds is er de kunst, anderzijds zijn er de mensen. Ik was bij een opening van Stroom in Den Haag. De expositie die inging op het werk van architect Luc Deleu heb ik niet gezien, wel heb ik uitgebreid met mensen gesproken. Jonas Staal was er ook, maar ik heb hem niet aangesproken vanavond. Ik had vrij.
donderdag 17 januari 2013
New World Summit
De worsteling van de kunst in de twintigste eeuw wordt gekenmerkt door een streven naar vrijheid, stelt Jonas Staal in een pamfletachtig stuk (Art in defence of Democracy) in de NRC afgelopen december (schrijft hij wel eens andere dingen dan pamfletten?). Na de oorlog is volgens Staal de politiek verworden tot een managerscultuur en zijn kunstenaars alleen nog maar bezig met het behagen van de consument (wat is daar mis mee?). Zowel de politiek als de kunst was bang zich aan een ideologie te binden, zegt hij. Hij vergeet voor het gemak dat consumentisme ook een ideologie is en dat juist de vrijheid van kunst werd gepropageerd in het westen om te laten zien aan de Sovjet Unie dat hier alles mogelijk was. Kunst was wel degelijk ideologisch geladen al was het misschien niet altijd met medeweten van de kunstenaars zelf.
Het probleem van de geëngageerde kunst zoals Staal die bedrijft is ten eerste dat hij de neiging heeft zijn eigen engagement voortdurend te benadrukken. Dat is dodelijk want dan lijk je op een politicus die voortdurend zijn daden moet verantwoorden.
Net als politici heeft ook Staal een duidelijke ideologische tegenstander; Wilders. Maar terwijl politici allang verder zijn heeft hij het eind 2012 nog steeds over deze populist (eind 2012!). Dat is het belangrijkste bewijs dat zijn kunst nu al achterhaald is.
Het is prachtig dat Staal opkomt voor terroristische organisaties omdat we ons kunnen afvragen waarom ze eigenlijk op de terroristenlijst staan. Het klopt ook dat democratieën zich niet schuldig zouden moeten maken aan martelpraktijken. Het maakt de democratie ten slotte ongeloofwaardig. Toch hoort het machtsmonopolie hoe dan ook bij de democratische staat te liggen anders wordt het een zooitje. New World Summit, zoals de bijeenkomst van representanten van terroristische organisaties en democratieën door Staal genoemd wordt, is een mensenrechtenorganisatie, geen kunstwerk.
Staal beweert tegen ironie te zijn, hij beweert dat ironie een houding is die betekent dat je niet durft op te komen waarvoor je staat. Maar kunst is per definitie ironisch, ook het zijne. De Wilders monumentjes suggereerden dat Wilders dood zou zijn, maar in werkelijkheid leefde Wilders nog. De monumentjes waren dus duidelijk ironisch bedoeld.
Kunst zoals Staal die voorstaat wordt direct ongeloofwaardig omdat het politiek denkt te bedrijven, maar dat zou kunst niet moeten doen, daar is de politiek al voor. Kunst staat noodzakelijkerwijs langs de zijlijn, om commentaar te leveren. Het hoogst haalbare voor een kunstenaar is om een nar te zijn, dicht tegen de macht aan en dan de waarheid zeggen, maar daarvoor heeft Staal helaas te weinig gevoel voor humor.
woensdag 16 januari 2013
Visum
Het was weer als van ouds in de ambassade. Een streng onthaal. Daarna zag hij mijn brief en moest lachen. Het was ook leuk wat er stond. We gaan een auto bouwen en ik ga erover schrijven en hij zou graag het boek krijgen als het af was. Ja, nu waren we ontspannen. Onvoorstelbaar, er werd aan een stuk door gelachen. Vorig jaar waren er nog toneelstukjes geweest en dreigementen en moest ik mijn vlucht omboeken omdat ik mijn visum niet van hem kreeg. Dat alles was nu vergeven. Vergeten was hij het niet, maar hij vergaf me en liet me mijn vijftig euro betalen. Vrijdag is het klaar.
Bloom
Een vriend attendeerde me op het boek ‘Cooking with Mud, The Idea of Mess in 19th-Century Art and Fiction’ door David Trotter. Ik heb de inleiding gelezen. Het is een interessante gedachte dat troep en rotzooi en smerigheid juist een thema werd op het moment dat alles juist hygienischer wordt. Eigenlijk heel begrijpelijk. In de negenentiende eeuw wordt vuil een obsessie. Een citaat: 'It may be that there is a particular sharpness to the disillusionment stains induce. The treacly blob which suddenly materializes on the hem of a dress, just as you are about to go out for the evening, or the black mark etched with the force of acid into a shirt-collar, are worse than irritating. They subtly corrode the idea of yourself you have prepared for the world's inspection. They take the bloom off fantasy. You can change your clothes, but you cannot restore that feeling of absolute readiness; you cannot restore the anticipation. What makes it worse, I think, not better, is that you do not have the luxury of blaming yourself. Messes tend to be nobody's fault; or a fault barely worth the effort of reproof. Messes just happen.'
Die zinsnede:’They take the bloom off fantasy’, doet me denken aan de werkelijkheid zelf die vaak geneigd is je de smerigheid van het bestaan onder de neus te wrijven. De werkelijkheid dient zover mogelijk buiten de deur gehouden te worden. Het is beter om in gefantaseerde rotzooi te leven dan in echte rotzooi.
maandag 14 januari 2013
Receptie
Vanavond was ik op een nieuwjaarsreceptie. Je moet dan volgens het protocol mensen gedag zeggen en een praatje maken. Niks geks aan. Vandaag ging het niet goed. Ik had last van een jetlag en moest moeite doen me te concentreren op de verhalen van anderen. Bij de ontmoeting van een kleine enthousiaste vrouw ging het fout. In een poging haar enthousiasme te beantwoorde tilde ik haar op. We kennen elkaar op zich goed, maar het is vooral werk gerelateerd. Het komt door haar enthousiasme, daardoor kan je je gemakkelijk vergissen. Er ontstaat iets tussen collegialiteit en vriendschap in. Maar dan nog, iemand optillen en vervolgens zoenen? Dat gaat wel ver. Het was een impuls.
zondag 13 januari 2013
Squeezable
De infantilisering van onze eetcultuur heeft de afgelopen jaren spectaculaire vormen aangenomen. We kennen allemaal de drinkontbijten uit van die knijpzakken en een kinderachtige tube om aan te lurken. Het is onmiskenbaar een trend en ik ben bang dat die zich langzamerhand van knijpzak door ontwikkelt naar infuuszak. Dat is natuurlijk het aller makkelijkste, je eten intraveneus tot je nemen terwijl je ondertussen je email checkt. Toch had ik tot vandaag een stille hoop dat sommige dingen altijd zouden blijven zoals ze zijn. Dom natuurlijk, maar als mens klamp je je soms vast aan de kleine dingen in het leven. Vandaag was ik in de Albert Heijn en daar werd ik geconfronteerd met een oud product in een nieuw jasje. Het gaat hier om Marmite. Marmite eet ik al van jongs af aan en kwam altijd in van die ovale glazen potjes. Wat schetst mijn verbazing bij de AH; Marmite in een tube! Dat voelt dus helemaal niet goed want andere broodsmeerproducten komen ook al in een tube. Stroop bijvoorbeeld. Marmite lijkt wat betreft structuur misschien op stroop, maar heeft er verder niets mee te maken en moet ook op een andere manier op je brood komen anders voelt het niet goed. Ik ben tegen de marktdominantie van de 'squeezable bottle'. Jam, honing, chocopasta. Het komt allemaal in tubes vandaag de dag en de producten krijgen er iets heel ordinairs van. Ik weet ook bijna zeker dat het de smaak beïnvloed.
zaterdag 12 januari 2013
Lijst
Wie zich niet voorbereid op een vakantie wordt verrast. Dat kan goed en slecht uitpakken. Costa Rica en Panama hebben leuke plekken, maar zijn mij niet vreemd genoeg. Er zijn weinig verrassingen. Bovendien zijn deze landen aan de dure kant en zijn er werkelijk overal toeristen. Toeristen die soms wel gedrogeerd lijken als ze spreken over het paradijs. Dat staat me tegen aan dit land, dat het blijkbaar voldoet aan het plaatje dat mensen hebben van een perfecte tropische vakantie. Ik kijk liever achter dat plaatje. Het meest heb ik genoten van de grensovergangen. Dat zijn plekken waar iets gebeurt. Daar kan je linzen eten voor vijftig cent en kan je heel vroeg in de ochtend pinnen in een winkelcentrum op een verdieping die tot het plafond is volgestouwd met koelkasten. Ik zal niet snel meer naar midden Amerika gaan. Van Latijns Amerika staan Mexico, Colombia en Peru hoog op de lijst. Een meerdaagse reis te paard door de Colombiaanse jungle lijkt me nog wel wat, zeker nu de lokale guerrilla (FARC) bezig is met vredesonderhandelingen. Ik gok erop dat ze nu niet zo snel meer mensen zullen kidnappen.
vrijdag 11 januari 2013
Filmset
De archipel van de provincie Bocas del Torro bestaat uit een handvol eilandjes die zijn uitgestrooid voor de kust van Panama. Columbus repareerde hier zijn schepen en piraten schijnen er hun schatten te hebben begraven, al zijn die nooit gevonden. Ons bezoek aan de archipel verschafte een mooie kijk in het dagelijkse Caribische leven. Tussen de toeristen wonen de locals. Ze gaan dagelijks met bootjes naar hun werk en spreken de
winkelbediendes in de supermarkt aan met 'chinees'. Het zijn ook Chinesen, maar het schijnt niet als belediging te zijn bedoeld. Chinesen mengen hier met indianen, zwarten en blanken. Ik geloof wel dat het Caribische Chinezen zijn, toch meer vermengt met het dagelijks leven dan de Chinezen in Nederland, al praten ze ook hier onderling in Mandarijn. Op deze locatie lijken grote delen van de filmcyclus ‘Pirates of the Carribean’ te zijn opgenomen. Er zijn nog steeds piraten volgens mij en er wordt een hoop hash gerookt. We sliepen in een boothuis op het water. 's Nachts hebben we uit het raam gekotst, zo in de zee.
winkelbediendes in de supermarkt aan met 'chinees'. Het zijn ook Chinesen, maar het schijnt niet als belediging te zijn bedoeld. Chinesen mengen hier met indianen, zwarten en blanken. Ik geloof wel dat het Caribische Chinezen zijn, toch meer vermengt met het dagelijks leven dan de Chinezen in Nederland, al praten ze ook hier onderling in Mandarijn. Op deze locatie lijken grote delen van de filmcyclus ‘Pirates of the Carribean’ te zijn opgenomen. Er zijn nog steeds piraten volgens mij en er wordt een hoop hash gerookt. We sliepen in een boothuis op het water. 's Nachts hebben we uit het raam gekotst, zo in de zee.
donderdag 10 januari 2013
Acto de Amor
Costa Rica zou een actieve vakantie worden. Actief betekent
volgens mij dat je je beste beentje voor zet. Soms is het water wild, of de
jungle ondoordringbaar, maar dat is juist een uitdaging. Vandaag heeft de lieve
G een reddingsboot op me afgestuurd. Ik was niets vermoedend aan het snorkelen
toen een boot me uit het water kwam halen. Er was gelukkig toch niets te zien.
Als je vrouw een reddingsboot op je afstuurt weet je dat ze nog van je houdt.
maandag 7 januari 2013
Bad
We waren in een winkel waar ze van alles verkochten. Beschilderde bekertjes, levensmiddelen, kleren. We gingen naar binnen voor laarzen. Ze zeggen dat je die hier nodig hebt als je omhoog loopt. De vrouw die de winkel runt, knoopte een T-shirt om haar hoofd terwijl ze tegen me praatte. Misschien was dat tegen de kou. Het dorp (Boquete) ligt op duizend meter hoogte en het lijkt hier op de Alpen. Niet vanwege de prijzen, zoals in Costa Rica, maar vanwege de omgeving en de lucht die crispy genoemd mag worden. Het T-shirt om het hoofd van de vrouw zorgde ervoor dat ze eruit zag als een Egyptische koningin op leeftijd. Ik hield een grappige rubberen schoen omhoog en vroeg naar de veters.’ Die halen ze er hier uit,’ zei ze droogjes en op een manier die aangaf dat ze zich erbij had neergelegd. Later zei ze het ook nog letterlijk:’De dingen verdwijnen hier nu eenmaal.’ Panamezen zijn veter dieven. We kwamen uiteindelijk naar buiten met vier soorten lotions die je op meubels smeert en bad oliën die allemaal ongelofelijke dingen beloofden. Zo zijn we in het bezit gekomen van de lotion die eurodolar wordt genoemd. Als je dat in bad gebruikt komt het geld vanzelf jouw kant op. Ik vertrouw liever op een lotion dan op een lot uit de loterij.Nu nog een bad.
zaterdag 5 januari 2013
Schaalmodel
Op het kruispunt in Comte begint het praten. Niet eerder. Om vijf uur, als de bus vertrekt uit Punto Banco, praat je niet, dan staar je wat voor je uit. Pas tegen zevenen kom je elkaar tegen op het kruispunt bij de supermarkt en in de verte hoor je het vreemdsoortige geblaf van de brulapen in de mist. Op het bankje voor de supermarkt zitten twee fris gewassen oude mannetjes, hun bruine armen, mager en gelooid, steken uit de korte mauwen van hun kakel witte overhemden. Ze ruiken naar zeep en nemen de nieuwtjes door voordat ieder zijn weg vervolgt met een andere bus, vaak een oude Amerikaanse schoolbus met kinderbankjes. Zij passen er makkelijk op, maar ik niet. De weg gaat verder en achter het raam deint het regenwoud op en neer. En in Canoas eten we wat. Het is een grensdorp waar van alle gebeurd. Pinnen doen we in een verborgen warenhuis die alleen te bereiken is via bovengrondse Catacomben van overdekte winkelsteegjes met de rolluiken nog toe. Helemaal achterin het warenhuis, waar als een schaalmodel van de winkelsteegjes hele allees van koelkasten zijn gemaakt, kan gepind worden. We zijn de grens over en in Boquete.We bevinden ons op meer dan 1000 meter hoogte.
donderdag 3 januari 2013
Jungle
Aller eerst excuses voor de afwezigheid. Het internet laat het hier soms afweten. We bevinden ons op het puntje van een kaap aan het einde van een zandpad (Punto Banco). Een aantal Rotterdammers heeft hier een stuk of wat huisjes gekocht om er een eigen surfplek te hebben in de tropen. Rancho Burica heet het. Voor ons de zee, achter ons reist het oerwoud tegen een bergwand omhoog. Je gaat hier te paard door smalle greppels door bergen en dalen en als je denkt dat het niet kan omdat een helling te stijl is of omdat het te glad is vanwege de modder, dan kan het toch. Het paard doet z’n hoefjes bij elkaar en glijdt gewoon naar beneden met jou op je rug. En wat ook een feit is, is dat deze paarden geen wortels lusten, maar daarentegen wel warm lopen voor papaja en bananen. Overal waar je kijkt is wel wat te zien; Rode bamboe, een boom met rare stekels, heuvels begroeit met mintgroen blad. Er zijn ook dieen zoals aapjes met ronde gezichtjes of apen die klinken als een roedel dolle honden in de verte. Het oerwoud knabbelt hier aan de beschaving. De United Fruit Company heeft in 1936 wel een dorp gebouwd aan de kust niet ver hier vandaan. Golfito heet het en was bedoeld als administratief centrum voor de bananenexport. Het doe denken aan een western stadje inclusief saloons, bordelen en chinezen die ruzie maken met elkaar in de keuken van hun Chinese restaurant. Ruzie maken doe je met je eigen mensen; het zou een Chinese wijsheid kunnen zijn. Maar het oerwoud knabbelt door, ook dat is een waarheid die niet te veronachtzamen valt.
Abonneren op:
Posts (Atom)