Vandaag was ik in Harderwijk om paling in het Veluwse randmeer te kieperen (en daar over te schrijven). Volgens sommigen ben ik gespecialiseerd in vis. Ik ben er de persoon niet naar om dat tegen te spreken. Het gaat slecht met de paling in Nederland. Van tijd tot tijd wordt er daarom paling uitgezet. Soms glasaal, dat is hele jonge paling, soms ook pootaal, dat is iets oudere paling. Het is maar net wat er voor handen is. De glasaal komt vaak uit Engeland. Die wordt dan ingevlogen per vliegtuig. Ze landen op Lelystad in dozen van piepschuim. Alle paling is overigens wilde paling. Je kunt ze wel vangen en vetmesten, maar je kunt ze niet reproduceren.
‘In Denemarken zijn ze er al tien jaar mee bezig,’ zegt Jan Foppen op wiens boot we varen. ‘ het is ze eindelijk gelukt om in gevangenschap eitjes uit te laten komen, die eten vervolgens ook hun eigen eierschaaltjes op, maar daarna weigeren ze dus nog iets te eten. Niemand snapt hoe dat kan. Een gekweekte zalm eet bijvoorbeeld alles.’
‘Ik hoop dat het ze nooit lukt,’ mijmert Freerk Visserman (de laatste palingvisser van Heeg), ‘dat zou het mysterie teniet doen.’
Eerst denk ik dat hij een romanticus is, dan besef ik dat zijn vak als palingvisser natuurlijk in gevaar komt zodra deze vis gekweekt kan worden.
‘In Denemarken zijn ze er al tien jaar mee bezig,’ zegt Jan Foppen op wiens boot we varen. ‘ het is ze eindelijk gelukt om in gevangenschap eitjes uit te laten komen, die eten vervolgens ook hun eigen eierschaaltjes op, maar daarna weigeren ze dus nog iets te eten. Niemand snapt hoe dat kan. Een gekweekte zalm eet bijvoorbeeld alles.’
‘Ik hoop dat het ze nooit lukt,’ mijmert Freerk Visserman (de laatste palingvisser van Heeg), ‘dat zou het mysterie teniet doen.’
Eerst denk ik dat hij een romanticus is, dan besef ik dat zijn vak als palingvisser natuurlijk in gevaar komt zodra deze vis gekweekt kan worden.