Spinoza was van mening dat er geen enkele theologische, morele of metafysische manier was om de Joden als anders te bestempelen en hij verwierp de onsterfelijke ziel. Oh ja, en hij verwierp de God van Abraham en Isaac en Jacob. Spinoza werd met andere woorden uit de gemeenschap geknikkerd. Steven Nadler werd gevraagd om in een commissie plaats te nemen die zich zou buigen over de vraag of de banvloek op Spinoza opgeheven zou moeten worden. Al sinds de jaren vijftig wordt dat geprobeerd. Er zijn nogal wat argumenten om dit niet te doen. Hij leeft al een tijdje niet meer en al zou hij nog leven dan zou hij dat misschien niet eens willen.
Het was ook best logisch dat ze Spinoza er niet bij wilden hebben. Nadler concludeert wel dat het jammer is dat religies niet meer openstaan voor deze geesten. Ook religies zijn toch in principe geïnteresseerd in waarheidsvinding. Met Spinoza zou het Joodse geloof rijker zijn geworden.
Zoiets hoorde ik ook over Kierkegaard. Dat is iemand die veel over het Christendom heeft nagedacht en er is zelfs een bisschop geweest die suggereerde dat hij een eigen seminarie moest beginnen. Jammer dat het niet gebeurd is. Kierkegaard beschrijft Jezus als een figuur die irritatie oproept en geloven is het overwinnen van die irritatie. Waarschijnlijk zou er dan meer van Kierkegard bewaard zijn gebleven. Hij liep namelijk vooral rond door Kopenhagen om zijn verhaal te doen. Had hij die verhalen in seminarie verband gedaan dan waren er aantekeningen bewaard gebleven en allicht een hoop kopieën. Daar zijn ze bij religies dan weer heel goed in; kopiëren, reproduceren. Eigenlijk zijn er maar verdacht weinig filosofen toegelaten tot de kerk. Je had in de middeleeuwen twee interessante monniken. De een heet Anselmus met zijn ontologische godsbewijs, de ander ben ik even kwijt.