In het boek The Craftsman van Richard Sennet lees ik over Wittgenstein en
Adolf Loos. Wittgenstein die als ingenieur was opgeleid en in een keer het
perfecte huis wilde maken
tegenover de zoekende Loos. Loos maakte een carrière door in de zin dat hij zich ontwikkelde. Hij maakte
eerst een schets en ging daarna naar de plek waar het huis moest komen en
bedacht daar hoe het er verder uit moest komen te zien. Loos had ook geen
onuitputtelijke financiele bronnen. Wittgenstein wel, hij kon vlak voordat het huis
af was nog een plafond 3 centimeter hoger laten maken. Deurknoppen moesten
precies in het midden van de ruimte worden geplaatst, veel hoger in de deur dan
normaal. Alles moest precies volgens een gulden snede worden ontworpen, maar
het huis had geen praktisch nut. Uiteindelijk gaf Wittgenstein ook toe dat hij
een ziek huis had gemaakt en hij verwierp vervolgens ook zijn Tractatus dat
volgens dezelfde ultieme waarheden was opgebouwd. Vreemd dat er nog steeds mensen zijn
die het huis goede architectuur vinden. Wittgenstein is ook de enige filosoof
die twee keer school heeft
gemaakt. Er zijn mensen die zijn eerste werk volgen en mensen die zijn veel
speelsere Filosofische Untersuchiungen volgen. Het lijkt een beetje op het
christendom. Je roept iets en vervolgens is het niet meer van jou. Ook al beweer je zelf dat het onzin is. Zo moet het Jezus
ook zijn vergaan.