Iedereen in de kerk krijgt een full colour brochure met daarin een korte beschrijving van de overledene en bijdragen van familie en vrienden. Gezien het feit dat er makkelijk driehonderdvijftig man aanwezig zijn, is dat geen overbodige luxe. Niet iedereen zal de overledene goed kennen. De priester neemt het woord. We hoeven niet voor hem te treuren, we moeten voor onszelf treuren. Mijn handen zijn schoon, maar is mijn ziel ook schoon? Ben je klaar om dood te gaan? Dat is de vraag waar we ons vandaag mee bezig moeten houden, is je ziel schoon en ben klaar om dood te gaan? Geloof je waarachtig? Ik geloof, maar geloof ik waarachtig? Sam Aggrey is blij, maak je over hem maar geen zorgen, hij is in de hemel.Na iedere begrafenis komt een nieuwe begrafenis. De priester stopt na zijn relaas, van vragen, herhalingen en beweringen en het koor begint te zingen, ze zien eruit als Amerikaanse college studenten. Lange rode gewaden en ze hebben een driehoekig hoedje met een kwastje. Als het koor verstomt treden de ridders aan, de ridders van de orde van sint John. Ze staan in de houding met hun harige hoeden, gouden knopen en sabels. Ik wil ook zo’n uniform. Sommige mannen zien er met hun zonnebrillen uit als legerhoofden of foute dictators. De orde heeft vrouwelijke leden, die eruit zien als stewardessen. Het zijn de stewardessen van God. De kerk is ramvol, werkelijk afgeladen en buiten staan ook nog mensen. Voor mij zit een vrouw met het harde ontkroeste haar stijf in een vlecht gedraaid, als de staart van een schorpioen. We zijn er niet bij als het lichaam de grond in gaat, we zijn dan fufu aan het eten met Danso en zijn vriendin. Fufu met groundnut soup en vis. Danso is een belangrijke man. Hij zit in de construction-business. Belangrijke mannen in de contruction-business, hebben een vriendin in het veld en een vrouw in het huis. Zo gaat dat. Terug bij de begrafenis mogen we onze bijdrage betalen aan de familie. Ik krijg een recuutje en een leuke flessenopener met de beeltenis van de overledene erop. Daarna gaan we naar huis.
zondag 14 augustus 2011
Construction Business
Iedereen in de kerk krijgt een full colour brochure met daarin een korte beschrijving van de overledene en bijdragen van familie en vrienden. Gezien het feit dat er makkelijk driehonderdvijftig man aanwezig zijn, is dat geen overbodige luxe. Niet iedereen zal de overledene goed kennen. De priester neemt het woord. We hoeven niet voor hem te treuren, we moeten voor onszelf treuren. Mijn handen zijn schoon, maar is mijn ziel ook schoon? Ben je klaar om dood te gaan? Dat is de vraag waar we ons vandaag mee bezig moeten houden, is je ziel schoon en ben klaar om dood te gaan? Geloof je waarachtig? Ik geloof, maar geloof ik waarachtig? Sam Aggrey is blij, maak je over hem maar geen zorgen, hij is in de hemel.Na iedere begrafenis komt een nieuwe begrafenis. De priester stopt na zijn relaas, van vragen, herhalingen en beweringen en het koor begint te zingen, ze zien eruit als Amerikaanse college studenten. Lange rode gewaden en ze hebben een driehoekig hoedje met een kwastje. Als het koor verstomt treden de ridders aan, de ridders van de orde van sint John. Ze staan in de houding met hun harige hoeden, gouden knopen en sabels. Ik wil ook zo’n uniform. Sommige mannen zien er met hun zonnebrillen uit als legerhoofden of foute dictators. De orde heeft vrouwelijke leden, die eruit zien als stewardessen. Het zijn de stewardessen van God. De kerk is ramvol, werkelijk afgeladen en buiten staan ook nog mensen. Voor mij zit een vrouw met het harde ontkroeste haar stijf in een vlecht gedraaid, als de staart van een schorpioen. We zijn er niet bij als het lichaam de grond in gaat, we zijn dan fufu aan het eten met Danso en zijn vriendin. Fufu met groundnut soup en vis. Danso is een belangrijke man. Hij zit in de construction-business. Belangrijke mannen in de contruction-business, hebben een vriendin in het veld en een vrouw in het huis. Zo gaat dat. Terug bij de begrafenis mogen we onze bijdrage betalen aan de familie. Ik krijg een recuutje en een leuke flessenopener met de beeltenis van de overledene erop. Daarna gaan we naar huis.