vrijdag 15 november 2013

Anthropocene


Op de Stone lees ik een prachtig verhaal van voormalig soldaat Roy Scraton die in 2003 ondermeer in Irak zat. Daar zag hij de toekomst zegt hij zelf.  Bij terugkomst wordt hij geconfronteerd met de verwoesting van orkaan Katrina in New Orléans. Hij ziet hetzelfde gebeuren wat hij in Bagdad zag, anarchie breekt los en nieuwe machtsverhoudingen dienen zich aan. Dit keer was de oorzaak een natuurramp. Volgens velen zijn het ook natuurrampen die de belangrijkste dreiging vormen. Geen terroristen of afluisterende chinezen, maar natuurrampen. We leven in het anthropocene, het tijdperk waarin mensen invloed hebben op de geologie van de aarde.

‘The human psyche naturally rebels against the idea of its end. Likewise, civilizations have throughout history marched blindly toward disaster, because humans are wired to believe that tomorrow will be much like today — it is unnatural for us to think that this way of life, this present moment, this order of things is not stable and permanent.’

Volgens Scraton moeten we leren te sterven, niet als individu maar als een beschaving.

‘The choice is a clear one. We can continue acting as if tomorrow will be just like yesterday, growing less and less prepared for each new disaster as it comes, and more and more desperately invested in a life we can’t sustain. Or we can learn to see each day as the death of what came before, freeing ourselves to deal with whatever problems the present offers without attachment or fear.’

Wie wil leren leven in een systeem dat constant muteert tot iets anders, moet inderdaad leren te leven als een dode. Dat wil zeggen als iemand die niet langer bezig is met de vraag hoe hij overleefd, maar hoe hij anderen (toekomstige generaties) kan laten overleven.