-->
Een cabaret voorstelling doet me vaak denken aan die momenten bij de tandarts of dokter, dat je dan in de wachtkamer zit en door een mengeling van verveling en nieuwsgierigheid dan toch maar zo'n blad van tafel pakt, de Libelle of de Marie Claire of zoiets. Je bladert wat, maar veel meer dan een lichte kriebeling in de onderbuik krijg je er niet van. Een
vriend vroeg woensdag of ik meeging naar een voorstelling van Wim Helsen in Utrecht. Ik
ging akkoord, ondanks mijn scepsis. Ik zat nog maar net, tussen al die mensen die besloten hadden zich een avond kostelijk te vermaken, of ik had alweer het gevoel in een wachtkamer te zitten. ‘Het ergste is als er naast je van die
hinnikende mensen zitten,’ zei mijn vriend na afloop. Aanvankelijk was hij een fan. Lang geleden was hij al eens bij deze Helsen geweest en hij dacht dat hij het toen naar zijn zin had gehad. Met cabaret is het net als met hamburgers, het gaat in je hoofd een eigen leven leiden en iedere keer opnieuw wordt je verleidt door het het sappige beeld in je eigen herinnering. Soms dacht ik ook even dat hij iets leuks zei, maar achteraf bleek het zijn Belgische accent te zijn wat een lichte tinteling in de onderbuik
teweeg bracht. We besloten bier te gaan drinken, daar hadden we ten slotte voor in de wachtkamer gezeten.