Wie eenmaal de snelweg als onderzoeksonderwerp heeft
uitgekozen zal er altijd weer naar terugkeren. Zo lijkt het althans wel.
Vandaag was ik met snelwegcollega Melle Smets voor ‘onderzoek’ op de typische
snelweglocatie de Amsterdam Arena. Deze plek profileert zich graag als
transferium. Of te wel een plek waar de automobilist ertoe wordt verleidt zijn
auto te laten staan om met het openbaar vervoer verder te reizen naar de binnenstad. Dat niet alleen, de automobilist die uit zijn auto is gehaald kan ook nog even shoppen in de Arena zelf. Het is de vraag in hoeverre de binnenstad er dan nog toe doet, behalve dan als attractie. Het was er behoorlijk druk deze zondag middag maar dat waren geen mensen die
onderweg waren naar de binnenstad. Onze inschatting was dat ze voornamelijk
afkomstig waren uit de Bijlmer die aan de ‘Arena shopping zone ‘ grenst. We hebben
een poffertjes kraam ontdekt waar we zijn gaan eten omdat het een tijdelijk
karakter heeft en tijdelijke dingen zijn een verademing op een plek waar alles is dichtgetimmerd. De openbare ruimte is zwaar beveiligt met camera's en correct gedrag wordt afgedwongen met paaltjes en hekken. nergens in dit gebied kan bijvoorbeeld bovengronds geparkeerd worden. In de poffertjes kraam deed de poffertjes bakker een
Amsterdammer act. Toen hij hoorde dat Melle uit Rotterdam kwam had hij vrij
snel een anekdote paraat om uit te leggen wat hij van mensen uit ' nul tien' vond: ‘Rotterdammers zijn
kankerracisten.’Ik moet zeggen dat ik me het woordje kanker niet meer helemaal kan herinneren. Dat wist Melle mij te vertellen, maar die komt dan ook uit Rotterdam. Wat ik nog wel weet is dat hij zijn vrouw
omschreef als een kruising tussen Eva Braun en Adolf Hitler en dat zijn familie honderden
jaren geleden de poffertjes heeft uitgevonden. ‘Dan hadden ze een ijzeren
plaat en daar sloegen ze dan met een hamer kuilen in, dat waren vierkanten
poffertjes in die dagen.’ Het was al met al een vermakelijke middag.