‘Jij bent eigenlijk een aso op z’n El Bulli’s.'
‘Hoezo?'
‘Nou, de chef van El Buli, die kon het vulgaire eten zoals een spaanse tortilla
brengen als een spannende schuimcocktail. Hij maakte het culinair.
“Ja, ik weet wat El Bulli is.”
“Nou, jij draagt dus een soort sportschoenen, type nike air,
maar dan net een tikkeltje anders. En je hebt een hemdje aan met een tijgermotief,
maar op een smaakvolle manier. Iets subtieler en zwart wit. Snap je. Smaakvol
met ordinaire middelen…”
“Ik weet niet of dit een compliment is.”
“Vergeleken worden met de chef van El Bulli? Dat is altijd een
compliment.”