Hij verklaart in zowel het boek als dit stuk dat de fundamenten waarop we onze wetenschap hebben gebouwd niet deugen. Niet als ze gaan over het verklaren van de geest, in elk geval. Sinds de wetenschappelijke revolutie die begon in de achttiende eeuw, gaan we er vanuit dat we het mentale kunnen verklaren vanuit het fysieke. Zonder het fysieke bestaat het mentale immers niet. Fout zegt Nagel. Je kunt de hersenen wel vanuit fysieke termen beschrijven, maar de menselijke subjectieve ervaring niet.
‘Mind, I suspect, is not an inexplicable accident or a divine and anomalous gift but a basic aspect of nature that we will not understand until we transcend the built-in limits of contemporary scientific orthodoxy.’
De geest is geen ongelukje en ook geen goddelijke cadeautje, maar iets dat volgens Nagel te verklaren is op een naturalistische niet materialistische wijze. Wat dat ook mogen betekenen.
Ik ben het met Nagel eens, het reductionisme van Dick Swaab slaat in elk geval nergens op (boek :Ik ben mijn brein). Maar wat het dan wel is? De geest is misschien wel een cadeautje aan jezelf. Iets dat onze overlevingskansen vergroot, uiteraard. Onze wil om te leven is ook de motor achter de wil om te denken. Niet dat dit iets verklaard. Want wat is die wil dan? Het valt nog niet mee om tegelijkertijd niet fysiologisch en niet theologisch te worden in deze kwestie. Ik kom bij dit soort problemen nooit veel verder dan een cirkelredenering. Uiteindelijk verveelt het me ook, moet ik zeggen. Je hersenen moet je gebruiken, over de mogelijkheid van dat gebruik moet je niet al te lang nadenken.