donderdag 29 oktober 2009

SF13Het Engelse gras rukt op richting Duitsland

‘ We hebben uiteindelijk maar klaphekken geplaatst want anders knippen zede hele tijd het hek kapot.’ Zegt Frits Hollander die zich normaal gesproken bezig houdt met de aanleg van tunnels voor dassen en ecoducten. Hij verteld hoe Rijkswaterstaat gedwongen is zich bezighouden te houden met sodomie langs de snelweg.’ zo’n klaphek is eigenlijk een soort wildwissel voor behoeftige mannen, maar het is natuurlijk niet echt de bedoeling dat het gebeurd. Er komen daar ook gezinnen met kinderen.’
In weerwil van het populaire beeld dat de snelweg een verstorende factor is in de natuur kunnen we de snelweg zelf ook weer opvatten als een eigen ecologische structuur. Daarbij is de snelweg niet alleen een uitlaatklep voor zaken die in de maatschappij niet getolereerd worden, maar heeft het ook z’n eigen biologische dynamiek gekregen. Vooral de brede snelweg bermen vormen een unieke soort nieuwe natuur waar bijvoorbeeld door het strooien in de winter zoutminnende planten zich steeds meer thuis voelen. ‘Het Engelse gras rukt op richting Duitsland.’
Zie verder www.snelwegsafari.nl

SF12 De nieuwe tunnel zal acht man werk bezorgen

Frans Pot, regionaal coördinator bij de verkeerscentrale Utrecht, wijst naar een scherm van acht bij drie meter waarop een fascinerende collage te zien is van twaalf camerastandpunten die samen het verkeer van een vijftal snelwegen tonen. Dit is wat de verkeercentrale het ‘beheersgebied’ Utrecht noemt (A12, A2, A 28 en A27 ). ‘Je ziet de knooppunten. Helemaal links bovenin is knooppunt Hoevelaken, daar knooppunt Everdinge en wat je normaal op de meest rechter monitor ziet is knooppunt Oude Rijn, maar er is een ongeval gebeurd dus die zien we nu centraal.’
De mannen en vrouwen van de verkeerscentrale zijn observanten die pas ingrijpen als het misgaat of mis dreigt te gaan. Daar waar de doorgang wordt belemmerd in de vorm van een ongeluk wordt het verkeer omgeleid en komt er een rood kruis te staan op een DRIP (Dynamisch Route Informatie Paneel) boven het betreffende wegdek. Vanaf de werkvloer van de verkeerscentrale wordt pas echt duidelijk dat de snelweg niet slechts een strook asfalt is waarop het verkeer voortraast. De snelweg is een proces dat aan de gang moet worden gehouden. Op het scherm is een overzichtskaart te zien met bewegende blokjes. Dit zijn de inspecteurs ter plaatse. ‘ Je ziet Tollenaar die werkt bij Wijk bij Duurstede, dus als er bij Veenendaal iets is dan sturen we hem erop af.’
Binnenkort wordt er een tunnel geopend en dat betekend dat er een hele nieuwe ‘desk’ bij komt die acht man personeel werk zal bezorgen.

SF11mobiliteit moet je leren

De snelweg is een efficiency ruimte ontworpen om processen te stroomlijnen. Er is rekening gehouden met zichtlijnen, er staan borden en strepen op de weg om het verkeer zo goed mogelijk door te laten stromen. Op de snelweg wordt automobilisten zoveel mogelijk werk uit handen genomen, maar in feite doen ze nog teveel, of in ieder geval teveel van het verkeerde soort handelingen. Teveel gas, waardoor er teveel geremd wordt. Remmen is funest voor de doorstroom omdat het een domino effect genereert en uiteindelijk resulteert in een file. In tegenstelling tot hoe ze er bij de verkeerscentrale in Utrecht naar kijken, zien automobilisten zichzelf niet als stroom, maar als individu en dat individu wil zo snel mogelijk thuiskomen. Op een goede manier deelnemen aan het verkeer geldt als een oefening in inschikkelijkheid, of ‘inritsen’, zoals dat bij de verkeerscentrale heet.

maandag 26 oktober 2009

SF10 Dierbare momenten in een flitsstad

Het is nu tien dagen geleden dat we vertrokken op de missie om een maand lang op het Nederlandse snelwegnetwerk te verblijven. Een missie met als vertrekpunt de vraag of het mogelijk is op de snelweg te wonen. Het is een vraag waarvan we aanvoelde dat die belangrijk was zonder het diepste wezen ervan exact te doorgronden.
De snelweg is een plek met een rigide eendimensionale zijns vorm die grenst aan ene vorm van niet zijn, of onderweg zijn. Als ik naar onszelf kijk en moet beschrijven waar we nu zijn, dan heb ik moeite me uit te drukken. We zitten in een kom die is ontstaan door de aanleg van het snelwegknooppunt dat er naast zit. In de kom bevinden zich als chips in een printplaatje van een computer verschillende bedrijven en horeca gelegenheden die op elkaar ingespeeld zijn als verschillende onderdelen van één systeem waarvan de dynamiek en de logica niet in handen is bij één van de deelnemers. Wij bevinden ons in een hotel, een plek, een tijdelijke plek opgebouwd uit tijdelijke materialen. Alleen de Chinees biedt hier de mogelijkheid om te vluchten in een wereld van sensaties en belevingen. In de Japanse afdeling van dit Chinese restaurant laat de chef-kok de deelnemers van het bedrijfsruitje een spectaculair hoog vuur zien. Wij aten er al eens een heerlijke Te Pan. Wij hadden er een goed moment, zoals we ook in pension landzicht of met de jagers langs de A50 een goed moment hadden. Ons leven op de snelweg bestaat uit een aaneenschakeling van grotere en kleinere momenten. Maar zoals wij leven leeft natuurlijk niemand. Niemand neem de tijd om een uur lang op bedrijventerreinen rond te rijden, als ze er niet moeten zijn. De reden dat wij het wel doen, trekt het scheef vergroot het uit. Wij zien geen bedrijventerreinen maar een wijds en dominant landschap dat een belangrijk deel van Nederland bepaald. We rijden over het bedrijventerrein en kijken naar wat we hebben, naar hoe Nederland erbij ligt.

zaterdag 24 oktober 2009

SF09 De mens zal steriel worden


Buiten bij de Praxis wordt de wereldproblematiek besproken

Wat zijn jullie aan het doen?


We moeten even een extra onderdeel in elkaar schroeven voor ons safari mobiel zodat het dekzijl omhoog blijft staan als het regent.

Wat benne de gij van plan dan?


De snelweg wordt wel eens omschreven als een noodzakelijk kwaad en omdat wij niet precies weten wat daar mee bedoeld wordt zijn we van plan een maand in het noodzakelijk kwaad te wonen.

Een noodzakelijk kwaad wil ik niet zeggen. Het enige kwaaie aan de snelweg, zijn de files en daar kan de snelweg natuurlijk niks aan doen. Het probleem is de groei en de zogenaamde vooruitgang. Alles wat te snel groeit gaat ook heel hard weer stuk. Ik zie het in dagelijkse in mijn praktijk als hovenier. De snelgroeiers gaan al kapot bij 1 nacht vorst.
De mensheid groeit ook te snel, we kunnen de wereldbevolking alleen nog voeden doordat we dat technologisch allemaal weten rond te breien. Maar de natuur dunt uiteindelijk zichzelf wel uit. We zullen niet massaal dood gaan aan kanker of aids maar aan Soas, de mens zal vanzelf steriel worden. Nou succes met de safari, ik ga een kast in elkaar zitten.

Internationale Justiz und Industrie Verein


Bezoek van de directeur van Internationale Justiz und industrie verein Joost Onna aan de expeditieleden van de snelwegsafari

Hoe heeft u ons gevonden?
Ik las over dit project in de Pers. Via internet zag ik waar jullie zaten en verder volg ik Melle Smets al vrij lang.
Wie bent u?
Mijn naam is Joost Onna. Onna betekend vrouw in het Japans. Je zou het boek Suna No Onna eens moeten lezen. Dat betekend vrouw in de duinen, geweldig verhaal.
Bent u Japans?
Nee, zie ik er zo uit dan?
Wat is uw functie?
Ik ben directeur van het Justiz un Industrie Verein.
Waarom heeft uw organisatie een Duitse naam?
Das musste sein
Pardon?
Het klonk gewoon beter
Wat wilt u precies van ons?
Ik weet dat jullie veel bezig zijn met bedrijventerreinen en vanuit mijn informele subdivisie bij het Nederlandse justitie apparaat ben ik daar ook mee bezig. Op bedrijventerreinen wordt ongelofelijk veel gesjoemeld en justitie heeft moeite daar op in te spelen. Informele, of in vakjargon ‘illegale’ constructies, zijn erg boeiend, maar justitie kan er niet adequaat op reageren. Ik streef er naar om justitie zelf ook informeel te maken. Inmiddels staat er dan ook een pingpong tafel bij ons op de afdeling. Met mijn nieuwe vereniging wil ik de informaliteit van bedrijventerreinen en justitie nader tot elkaar brengen. Door de informalisering van beide ‘bedrijfstakken’ kan er iets moois ontstaan, misschien wel een nieuwe informele vorm van stedenbouw op de bedrijfsterreinen. Ik krijg de indruk dat jullie ook zoeken naar de marges in zowel wettelijk als in fysieke zin. Zouden jullie met mij op de foto willen om officieel het Justiz und Industrie Verein te lanceren?
We zijn vereerd.

vrijdag 23 oktober 2009

SF08 bedevaardsoord

Gisteren zijn we bij een soort kunstuitleen voor bedrijven geweest, Business Art Solutions genaamd. Ofwel BAS. Bedrijfskunst is een aparte tak van sport constateren we. Bedrijfsleider Monique vertelt ons dat in veel gevallen een naakt boven het bureau van de directeur 'not done is'. 'Hoe mooi het ook is geschilderd, zoiets wordt toch als ongepast gezien.' Monique vertelde ons ook over een beeldje van een hondje dat een cigaar rookt.' ton het rook verbod kwam moets dat beeldje weg.''
We krijgen een rondleiding door het bedrijf. In een kast staan een aantal zeefdrukken, die opvallen omdat niet direct duidelijk is wat er wordt afgebeeld, we zien een kantoorsetting en een detailopname van iets wat lijkt op bedrijsfpand. Mooi werk, dat geleend is van het stedelijk museum. 'Hier is vreemd genoeg bijna geen animo voor.'

Later als we in de Blawue Boggel wegrijden denken we aan wat Monique gezegd heeft. Het is alsof de klant, het grote bedrijf instinctief doorheeft dat iets wat kunst zou kunnen zijn niet in zijn bedrijf thuis hoort. Decoratie wel, maar alsjeblieft niet iets waar een idee achter zit. Dit is een soort angst, die we vaker hebben gezien. Zodra er iets buiten het gebruikelijk plan valt, komt het opzetten als een alerische reactie: de Frenchise paranoia.

Nu staan we op een parkeerplaats van McDoanlds te wachten op visite uit de oude wereld. Deze parkeerplaats is bijzonder omdat er een twaalf meter hoog beeld van Michael Jackson staat dat de eigenaar ooit heeft gekocht na een toer die de King of Pop door Europa maakte. Het staat er sinds 1995, maar is sinds de recente dood van michael een waar bedevaardsoord geworden.

donderdag 22 oktober 2009

SF07 Boertje

Vanmiddag hebben we geluncht in een sligro groothandel. Na deze lunch die bestond uit een ragoutje voor Melle en een broodje roombrie voor Bram, kwam de dame van de sligro kantine erachter dat we helemaal geen sligro klanten waren. 'Ja mij maakt het niet uit hoor maar mijn collega's vroegen ernaar en zonder sligro pasje mag u her eigenlijk helemaal niet zijn.'
Nu zitten we in Truckers cafe truckstop 8 op het bedrijventterein acht. De maaltijd bestond uit een bord nasi goreng met sate en sajur voor melle (het was achteraf geen sajur maar iets wat erop leek volgens melle, die het de volgende dag ook weer bij zijn ontbijt aantrof). Melle de rasoptimist, die daarom wel wat wegheeft van Sponge Bob, zegt dat hij de nasi heerlijk vond. Bram bestelt een patat speciaal en garnalen kroketjes. 'De garnalen kroketjes zijn eigenlijk voor de lunch bedoeld', zegt de dame die de bestelling opnam. Gelukkig konden de, voor de lucnh bedoelde kroketjes, ook
's avonds worden geserveerd. We spreken met twee truckers en vragan hen of ze wel eens last hebebn van slaap achter het stuur.'Als ik begin te piekeren weet ik dat ik op het punt sta in slaap te vallen.' De chauffeur, die zo te horen uit Friesland komt, vertelt dat hij door de lsaap wel eens dingen heeft egzien die er helemaal niet waren.Zo is hij wel eens op de rem gaan staan omdat hij dacht dat er een tractor met een aanhanger voor hem reed.' dat bleek helemaal niet zo te zijn en de auto's achter me hadden geen idee wat er gebeurde.'
Op een ander moment zag hij eens een oud boertje langs de rand van de weg staan.'ik dacht hij zal het toch niet gaan doen, hij zal toch niet gaan oversteken? Toch zette hij een voet op de weg en ik zwenkte uit. Maar er was helemaal geen boertje.'
Ik vond dit wel een mooi verhaal. Ik stelde me voor dat dit een spookverschijning was van een boer die na een lange reis terugkeerde naar z'n land, maar dat dit niet lukte omdat er inmiddels een snelweg door de streek was aangelegd.

woensdag 21 oktober 2009

SF06 Consumptielandschap

Gisteren hebben we een avond in Landzicht gezeten, een oude uitspanning net voor Waalwijk die al door de derde generatie van Heumen wordt gerund. Over de totale lengte van de horizon is de snelweg te zien en de inconsequente skyline van een bedrijventerrein.'s Nachts lijken de lichte spikkeletjes van lantarenpalen bij een knooppunt samen te klonteren als een lichtwolk van laaghangende sterren. Deze plek bestaat eigenlijk niet, er behoort binnen de logica van de vastgoed speculatie allang een gigantisch hotel of van der Valk restaurant te staan. Meneer van der Valk is san ook langsgeweest, maar de familie van Heumen heeft nooit gebogen voor de Valk in z'n Toekans veren. Zodoende is landzicht een tijdscapaule waar je het gevoel hebt de jaren vijftig binnen te lopen. Het pension wordt door enkele mannen die 'niemand meer hebben' permanent bewoond. Zodoende is de familie van Heusden eigenlijk een grote extended family geworden. 'Als je deze plek tegen het licht zou houden van een reguliere boekhouding dan kan het helemaal niet uit. De uren en de koffie die we hier schenken, dat is in feite onbetaalbaar. Maar wij zien het gelukkig niet puur als werk, het loopt door elkaar, dit is ons leven.', zegt eigenarese Carla van Heumen.'Hopelijk neemt onze jongste zoon Raymon het over, maar hij is nog maar dertien en bijzonder getalenteerd in biljarten.'
We krijgen gratis boerenkool van Carla en blijven de hele avond bier drinken en naar de wedstrijdjes biljart kijken. De ouders van Richard van Heumen (Carla's man) hadden naast pension Landzicht ook altijd een varkensfokkerij. Toen dat wat minder goed liep had de oude van Heusden bedacht om de stallen om te bouwen tot een discotheek. "‘Dat is goed’, zei de gemeente, ‘begin maar vast met afbreken, de vergunning komt eraan.’ Maar die vergunning kwam dus niet. Daar zat m’n vader met gekleurd licht discoballen en een stuk of wat varkens die niet wilden dansen.", zegt Richard met een lachje. Het is allemaal al lang geleden. Na dat incident zijn Richards ouders in het pension zelf gaan wonen en sinds die een anatal jaren terug kort na elkaar zijn komen te overleiden is Richard met zijn gezin in het pension getrokken. De varkenshouderij is inmiddels een soort manege geworden waar mensen die daar zelf geen plek voor hebben, of geen tijd om zo’n dier te verzorgen, hun paarden kunnen stallen. We zien dit veel in Brabant. Grote terreinen langs de snelweg waar niet langer landbouw wordt bedreven maar waar voor veel geld paarden worden gestald. Deze ‘verpaarding’ van het landschap past in de verschuiving van productielandschap naar consumptielandschap. Een tendens die vanaf de jaren negentig is ingezet. De snelweg speelt hierbij een cruciale rol.Nog zo'n aan de snelweg gelieerd pret landschap is de jachthaven Scharloo ter hoogte van Waspik bij de afslag 35 van de A59.
De jachthaven is alleen voor de happy few, hier kun je je boot laten liggen, zonder er verder nog naar om te kijken. Net als bij het paardrijden worden de vervelende klusjes zoals onderhoud en verzorging uitbesteed. ‘Er liggen hier een paar Amerikanen die soms maar één keer in de twee jaar naar de haven komen.’ zegt de eigenaar.

SF05 De Formule

Vanaf truckstop Hazeldonck zijn we vandaag naar Waalwijk gereden om daar een dame van de Telegraaf te woord te staan. We hebben uiteindelijk met haar gesproken in het Chinese restaurant achter het formule 1 hotel. We hadden graag in het F1 hotel zelf afgesroken, maar de eigenarese zei dat dit moeilijk lag. We hadden al eerder contact met haar gehad omdat we het interessant vonden dat zij en haar man in dit hotel wonen om het van daaruit te runnen. Maar de formule liet het niet toe dat ze ons te woord stond, jammer. Haar baas in Frankrijk zag het blijkbaar niet zitten. Geen snelwegsafari aan zijn broek.
(zie snelwegsafari.nl voor uitgebreider verslag)

maandag 19 oktober 2009

SF04 Truck stop

Vandaag hebben we de hele dag gewerkt in een restaurant van een belangrijke truck stop aan de belgische grens. Het is best prettig werken tussen de Truckers die komen en gaan. Af en toe vang ik een gesprek op. Een chauffeuer zei: ' toen ze me vroegen wat ik voor rvacht bij me had zei ik dus: geen idee het zou cacaine of hroiene kunnen zijn. Toen zei hij: maar u bent verantwoordelijk voor uw vracht meneer. Toen zei ik: welnee ik ben alleen verantwoordelijk vor het van A naar B brengen van deze vracht....'
Edje, zoals ik het personeel een mannelijke serveerder heb horen noemen, vertelt ons dat sinds het invoeren van het verplichte pausesyteem voor truckers, het helemaal niet meer zo gezellig is. 'Vroeger bleven ze nog wel eens hangen, maar dat kan nu niet meer nu alles gereguleerd is.'
Edje is een nogal vrouwelijke homo, zonder stigmatiserend te willen doen, vind ik hem een wonderlijke verschijning in deze wereld van ruige truckers mannen. Hij is niet de enige. Gisteren liep er een collega van hem rond waar je mee kon kletsen zoals je normaal gesproken met vrouwen kletst.

notitie:
Vervoersbedrijven zijn ontstaan vanuit de agrarische sector. Boeren moesten toch al van alles vervoeren dus dat was tamelijk vanzelfsprekend. Dit verklaard misschien wel waarom de truckerswereld zo’n witte wereld is.

Voor uitgebreidere verhalen over de snelwegsafari, kunt u terrecht op www.snelwegsafari.nl

zondag 18 oktober 2009

SFF03 Ze hoefden nooit meer boodschappen te doen

In restaurant Joost ontmoeten we twee chauffeurs, de één is lang en mager met grote handen en een rood aangelopen hoofd, de andere klein met een goedgeknipt baardje, een beetje een Mario Bros type. Iemand die goed aan auto’s jan sleutelen.
Als we de heren vragen naar verhalen van de snelweg barsten ze los en beginnen ze tegen elkaar op te bieden. ‘ die douaniers waren overal waar je kwam even corrupt.’, zegt Lange Jan die eraan toevoegt dat hij de moffen weer Duitsers is gaan noemen sinds hij de Fransen heeft leren kennen.’ Fransen zijn pas echt hufters, ze weigeren je als mens te behandelen en spreken alleen maar Frans.’
We leren in korte tijd een hoop bij over het Truckers bestaan van voor de val van de muur. In West Duitsland was de benzine vroeger een stuk goedkoper, dus als je met duizend liter de grens over ging dat moest je ook met duizend liter weer terug komen. Maar omdat de chauffeurs zelf de duimstok mochten hanteren, zijn in die periode onvoorstelbare hoeveelheden benzine naar Nederland gesmokkeld. Mario Bros vertelt over douanier Pietje die je altijd kon vinden in het truckers café bij de grens. ‘Pietje zat dan aan de bar met de rug naar het café, je moest dan de serveerster Pietje een borrel laten brengen. De serveerster zegt dan tegen Pietje van welke chauffeur hij een drankje heeft gekregen en als Pietje dan opstond en langs je tafel liep dan murmelde hij of hij bij dock a of b zat. Als je dan voorbij kwam zette Pietje zonder blikken of blozen de nodige stempels.’
In Spanje hadden ze gigantisch rekken met cola, fanta en noem maar op’ zegt lange jan ‘ ik reed toen met de bus en de douaniers vroegen altijd of je iets in je minbar had. Ik gaf nooit iets en dan gaan ze je pesten en moet je ineens alle paspoorten verzamelen en dat duurt dan al gauw twee uur.’ Vermoedelijk praat Lange Jan over de tijd van Franco, cola zal wel een schaarste product zijn geweest.’Ik deed er nooit aan mee, ik gaf uit principe niks, andere chauffeurs deden het wel maar schudden altijd even met de fles voordat ze hem afgaven’ Lange Jan moet hartelijk lachen als hij deze anekdote vertelt. Dan schiet Mario Bros ineens te binnen dat hij een dounier eens flink te pakken heeft gehad toen hij met een vrachtwagen vol aardappels naar Duitsland reed. ‘ Haben si gutte Niederlandische kartofeln? Kom maar hier met je auto, ja draai hem maar met de achterklep naar mij toe. En toen heb ik die klep van de trechter open getrokken en zijn hele achterbak vol gestort met aardappels. Die wagen van hem zakte zowat door z’n voegen.’

Douaniers hoefden volgens deze chauffeurs nooit meer boodschappen te doen. Een ander curieus verhaal was het ongeschreven verdrag tussen Nederland en oostenrijk. Nederlandse chauffeurs hoeven nooit om stempels te vragen in Oostenrijk omdat Nederland na de tweed wereldoorlog veel Oostenrijkse weeskinderen heeft opgevangen. Dit verhaal hebben we echter nog niet gecheckt en moet nog nader onderzocht worden.

notitie:
We zien een boerenveld naast de brandweerkazerne dat tijdleijk is ingericht als crossbaan. Als we een praatje met deze mensen maken blijkt dit een innitiatief van mensen van de brandweer te zijn. 'de ene brandweerman, is ook boer en had het veld, de andere is een vervend motorcorsser en heeft bedrijf, hij heeft ook paris Dakar gedaan op de motor.' we krijgen broodjes worst aangeboden.

We zagen bij de snelweg

zaterdag 17 oktober 2009

SF02: ze kunnen hun eigen natuur ook niet helpen

Naast bedrijventerrein Minervum zagen we een grote hoeveelheid caravans door de bosjes schemeren. het zag er interessant uit, zeker in contrast met het strakke straten patroon van Minervum.Via een omweg kwamen we uitendelijk bij de inrit uit en draaiden het met klinkers bestraatte terrein op dat geheel met bomen was omzoomd. Het was een merkwaardig soort restruimte tussen het bedrijventerrein en een B weg, verderop hoorden we het geraas van de A27. Er stondne hier een stuk of vijftig caravans van verschillend formaat gestald. De Blauwe Boggel kwam tot stilstand bij een geel geverfde bouwkeet. Vrijwel direct verscheen er een oude vrouw in de deuropening, ze droeg een spijkerbroek en een windjack. Met een argawanende blik in de ogen naderde ze onze auto. De reflecterende snelwegjas is in sommige omstandigheden de jas van de tegenpartij. ‘wij zijn op snelwegsafari’, zei Melle opgewekt. Het ronde gezicht van de vrouw, dat was omkranst met slierterig roodgverfd haar, leek zich enigssinds te ontspannen.
We stelden ons voor en legde uit waar we mee bezig waren. ’Jullie mogen hier best rondkijken als je mij maar niet op de foto zet.’, zei de vrouw die zich had voorgesteld als mevrouw de Bruyn. Haar stem klonk hees en krakerig.
‘U woont hier leuk’, opperde ik om het ijs wat te breken.
Die opmerking leek iets los te maken bij mevrouw de Bruyn. Ze begon te vertellen over de harde juridische strijd die zij en haar man aan het voeren waren tegen de gemeente.’Al dertig jaar voeren we strijd om een bouwvergunning te krijgen.’
De familie de Bruyn was vroeger kermis exploitant.’maar sinds de ziekte van mijn man verhuren en verkopen we caravans.’
'Waarmee stonden jullie op de kermis?’
‘met een muizenstad'
‘Oh interessant, wat is dat precies?'
‘Als jullie wachten dan ga ik wel even wat foto's halen.'
Mevrouw de Bruyn verliet de bouwkeet om een eindje verderop in een woonwagen te verdwijnen. Toen ze terug kwam had ze een oude schoenendoos bij zich die ze omkieperde op een sta tafel.
‘kijk dit was de stad, een schaalmodel van een Breda, mijn vader heeft hem ooit van een man overgenomen die de stad zelf had gemaakt. Later zijn deze molens er nog bijgevoegd.’
We keken naar de foto van een kleurige maquette, bestaande uit een skyline van grachtenpandjes en huisjes die zo klein waren dat er precies één muisje inpaste.
‘Missen jullie het niet, dat kermis bestaan?’
Mevrouw de Bruyn schiet in de lach. Voor het eerst bespeuren we iets van vrolijkheid bij haar.
‘We verkopen nu caravans maar als ik dan klanten hoor dat ze voor hun plezier naar zuid Frankrijk rijden,dan kan ik dat haast niet geloven. Mij krijgen ze echt niet meer de weg op.’
Wij kijken nog eens goed naar mevrouw de Bruyn en we weten wat ze bedoeld. We hebben het tussen de regels door gelezen.'Ik blijf hier', had ze willen zeggen, 'mij krijgen ze hier nooit meer weg.'

Later ontmoeten we nog meneer de Bruyn.Hij komt op ons afgelpen met een hondje aan zijn zij. het hondje heeft een nare ontstseking aan zijn oor. We weten niet wat voor ziekte meneer de Bruyn heeft gehad, maar zijn gezicht staat strak en uitdrukkingsloos en hij rook sterk naar alcohol.
We vertelden meneer de Bruyn dat we net de foto’s van zijn muizenstad hadden bekeken en dat we erg onder de indruk waren. Ook meneer de Bruyn toont weinig nostalgie naar het kermis verleden. Als we aandringen vertelt hij er toch nog iets over.
‘ Kijk in die container daar zaten een stuk of duizend muizen van verschillende kleuren, die hebben we zelf gefokt.'
'Hoeveel muizen zaten er in de stad?'
‘Een stuk of vijfhonderd en een paar katten, ze waren aan elkaar gewend.’
‘En dat ging gewoon goed?’
‘Nou ja soms aten ze er per ongeluk wel eens eentje op, ze kunnen hun natuur natuurlijk ook niet helpen.’

Toen we in de Blauwe Boggel het terrein verlieten voelden we ons enigssinds teneergeslagen. We hadden kennis gemaakt met een gebroken en teleurgestelde familie die eigenlijk niks meer van het leven verwachtten. Ze hadden zich op hun terrein ingeggraven, als je goed keek dan zag je dat de loopgraven tussen de caravans. De familie de Bruyn ging hier nooit meer weg, zoveel was wel duidelijk.BE

vrijdag 16 oktober 2009

SF01:Verbazingwekkend Alledaags




‘Zo voelt dat dus om weg te gaan, om alles achter je te laten en te vertrekken naar wat we alleen maar kunnen omschrijven als een eeuwig nu.’ Hieraan dacht ik toen we bij Rotterdam Waalhaven het asfalt omhoogschoven en ons bij de anderen voegden. Niet omdat we ergens naartoe hoefden, maar om er te blijven. Hoe dat voelde? Verbazingwekkend alledaags. De snelweg is misschien wel het meest alledaagse landschap van Nederland. Tegelijkertijd weten we er eigenlijk niet zoveel van. We zijn gewend het te gebruiken waar het ook voro is ingericht, om er gedachteloos doorheen te razen. Maar niet iedereen gebruikt de snelweg op dezelfde manier. Wij remmen bijvoorbeeld bewust af en blijven net iets langer in het snelwegrestaurant zitten dan gebruikelijk, we snuffelen rond in bosjes waar verdachte tissues op de grond liggen of maken een praatje op de parkeerplaats van de McDonalds. Plekken langs de snelweg zijn te onderscheiden aan de hand van hun logo's en tekens. Zo zijn publiek ruimtes herkenbaar aan de letter P of de bekende logo's van een benzinepomp, groothandel of fastfood restaurant. Er zijn echter ook talloze plekken die voor de argeloze voorbijganger niet direct herkenbaar zijn. Ze hebben geen logo, maar zijn bekend onder een selecte groep die elkaar via internet hebben gevonden. Illegale party’s en het illegaal racen met auto’ s kan ervoor zorgen dat sommige plekken langs de plotseling oplichten tot zones van intense activiteit om daarna weer uit te doven. Vandaag bezochten wij zo’n plek zonder logo’s. Achter de parkeerplaats Leikant langs de A58 bevindt zich een bos dat is afgeschermd met een stevig hek. Toch was er een keurige ingang gemaakt en wees niets erop dat hier iets plaatsvond dat clandestien zou kunnen zijn. Tot onze verbazing hingen er ook overal blauwe vuilniszakken in het bos. Hier had de gemeente dus wel wat voorzieningen getroffen, zonder dit ook tot publieke ruimte te willen bestempelen. We waren op één van de belangrijkste homo ontmoetingsplaatsen van Braband aangekomen. Het is een typische gedoogplek en ik vermoed dat deze bezoekers het ook graag zo houden. Gedogen sluit immers erg goed aan bij hun eigen situatie. Ook diegene die hier komen willen hun homoseksualiteit niet formaliseren. Zelfs de seksspeetjes die wij vonden waren niet formeel, maar van eigen makelij.
Onder een boom vonden we een touw en een theedoek. Een eindje verderop onder een laagje dennennaalden lag een fietsband die dienst had gedaan als een strop. Dit soort plekken zijn interessant omdat ze laten zien hoe de beschaving werkt. Sommige driften kunnen noch in het privé domein noch in de openbaarheid een plek krijgen. Daarom worden ze georganiseerd langs de snelweg. Een beschaving met een voorkant heeft altijd een achterkant nodig, als uitlaatklep.

woensdag 14 oktober 2009

Laatste College



Vandaag gaf Arnon Grunberg zijn laatste college in Leiden over de boeken van Coetzee. Zijn mededocent de heer Erik Schliesser was niet aanwezig. Opzich vormen beiden een goed duo, een beetje volgens de rolverdeling van good cop bad cop. Schliesser is in deze de bad cop en wijst mensen soms ook, op ondubbelzinnige wijze, terecht. Grunberg doet dat niet, hij is in principe heel meegaand en neemt studenten aan de hand mee om hun gedachtegang af te maken ook al loopt die op niets uit. Zijn lesmethode is waarschijnlijk heel pedagogisch verantwoord. Alle meningen tellen natuurlijk als het gaat over literatuur, maar het tempo had wat mij betreft wel iets omhoog gekund. Toch hebben we ook vandaag weer het een en ander geleerd.

Het personage Paul Rayment uit het boek Langzame Man van Coetzee, is van mening dat als zijn lichaam reageert op schoonheid dat dit ook altijd gepaard gaat met het zwellen van zijn hart, met oprechte liefde dus. ‘Voor hem voelt het allemaal als één geheel , één grote reactie: het zwellen van de ziel, het zwellen van het hart, het zwellen van de begeerte.’(p.203)
‘Dat hebben we vandaag geleerd’, zei Grunberg: ’De penis is een uitwendige ziel. ‘

maandag 12 oktober 2009

SF00: Een babe dat was niks voor Patrick


De snelwegsafari is officieel nog niet van start gegaan, maar om in de stemming te komen zijn we gisteren wel alvast even naar een beurs gegaan om de snelwegfolklore op te snuiven. Deze beurs was in Rotterdam en had de naam 100% Tuning meegekregen. Dit is voor ingewijden gesneden koek maar ik heb het toch even opgezocht. Tuning is het Engelse woord voor afstemmen en ik kende het vooral van de radio. In dit geval ging het echter om het afstemmen van auto’s, maar zo begreep ik al snel, de muziek was bij dat afstemmen nooit ver weg. 100% tuning was typisch zo'n evenement voor en door autoliefhebbers. Als je geen autoliefhebber bent, of beter gezegd: als je niet iemand bent die voor z’n lol met glasvezelmatten in de weer gaat, of er van droomt z’n auto uit te rusten met hele blitse koplampen dan blijft het een moeilijk te doorgronden wereld.
De beurs was georganiseerd in Ahoy en bestond uit verschillende hallen met heel erg ‘gelikt spul’ en auto’s waar zo’n harde dreun uit kwam dan je onderbroek ervan trilde.
Sommige achterbakken deden denken aan negentiende eeuwse panorama’s. Er bleken complete werelden achter de klep schuil te gaan. Skeletten, schatkisten en donzige diertjes. Tussen de auto’s stonden de stands met ruitenwissers, achterlampen en vooral velgen. Ook was er een stand waar je zowel stickers kon kopen als tatoeages kon laten zetten. Zoals het een tijdje geleden nogal in was voor vrouwen om net boven de bil spleet van die tribal-achtige tatoeages te laten opvlammen, zo zijn het ook vooral tribal tattoos die de klok slaan bij autostickers.
De leukste hal was misschien wel de hal waar vooral veel mensen uit oost Europa hun wagens hadden geparkeerd. Die auto’s waren namelijk helemaal niet gelikt, eerder een beetje boers en sigeunerachtig. De mensen hadden het zich ook gemakkelijk gemaakt. Het was fascinerend om te zien wat zich juist tussen de auto's afspeelde. Aan campingtafeltjes werd worst gegeten en wijn gedronken. Ook zag ik twee Russen een potje schaak spelen. Bij sommige auto’s bladderde de verf er zelfs af of ze waren beschilderd met vurige hengsten of vogelspinnen. We waren een tijdje blijven staan bij een opel cadet die ons vooral opviel omdat iemand er een grote bak pepernoten voor had gezet. Een bleke, graat magere jongen, boog zich over de achterbak om te kijken wat voor geluidsinstallatie erin zat. ‘Is dit jouw auto?’ vroeg ik. Hij verstond me niet, hij kwam uit Zweden, maar het was niet zijn auto. Die van hem stond een eindje verderop. Ik vroeg hem of hij die aan ons wilde laten zien en dat wilde hij wel.
Het ging om een onopvallende blauwe BMW. De jongen heette Patrick Skogholm en hij vertelde dat hij voor 15000 euro aan de auto had verspijkerd. Wij zagen het er niet aan af. ‘ ik heb alles verstopt’, zei Patrick niet zonder trots.
‘maar gaat tuning niet ook een beetje om de show’ zei ik met een handgebaar om aan te geven dat ze beurs toch vooral een showbeurs was. Maar Patrick verklaarde dat dit de auto was waar hij iedere dag mee naar zijn werk ging en dan kon je het natuurlijk niet te gek maken. Zijn passie lag vooral bij de muziek: ‘Niet van die stamp muziek zoals hier verderop maar warme klanken.’
Ik keek nog eens goed naar Patrick. Hij had kort geknipt blond haar dat hij met een beetje gel naar achteren had gekamd. Verder zou ik hem onopvallend willen noemen. Hij deed me een beetje denken aan een ex vriendje van mijn zusje. Dat was ook een rustige ingetogen jongen geweest, die er achteraf een ongemeen grote passie voor auto’s op bleek na te houden. We hebben wel een half uur gepraat met Parick, hij vertelde ons over de verschillende categorieën waar die dag prijzen in te verdienen waren. Hij deed mee in de categorie geluid/muziek. We wilden nog vragen waar zijn babe was, veel auto eigenaren hadden namelijk zo'n dame om hun auto draaien om het publiek te hypnotiseren. Maar we durfde het niet aan hem te vragen. Een babe, dat was niks voor Patrick.

zondag 11 oktober 2009

Puddingtijd


Vroeger had je op school knikkertijd. Het begon gewoon zonder dat er iets over was afgesproken, net zoals roolschaatstijd. De leukste tijd was natuurlijk liefdes tikkertje, dat mocht van mij het hele jaar door plaatsvinden. Maar dat was niet zo,het lichtte alleen een kort moment even op om daarna uit te doven en plaats te maken voor iets anders. Zoals uit de fotoreeks van gisteren al bleek heeft de (ver)bouwdrift bij mij in de buurt toegeslagen. Er staan zoveel bouwcontainers voor de deuren van sjieke herenhuizen dat het haast afgesproken lijkt te zijn. Maar dat is het natuurlijk niet, die verbouwing is niets minder dan een zoveelste variant van de knikkertijd. Bij mijzelf slaat eens in de zoveel tijd overigens de puddingtijd toe, dat is weliswaar geen groepsgebeuren, maar het verrast me toch iedere keer weer. Plotseling wordt ik overvallen door een drang om puddingen te maken.

zaterdag 10 oktober 2009

Binnen een straal vijn 500m van mijn huis









Perverse magie


Vanavond heb ik met de lieve G, huisgenoot en geliefde, twee DVD’s gekeken. De eerste DVD betrof een film van Almodovar omdat ik me ten doel heb gesteld zijn gehele oeuvre te bekijken. De film heette Pepi, Lucy, Bom y las otras chicas de monton. Niet een hele sterke film, vond ik maar het ging dan ook over de Spaanse movida, het feest van de democratie na de dood van Franco. Het was typisch zo’n feest waar je bij geweest had moeten zijn. De jaren zestig was ook zoiets. De jaren tachtig waren in Spanje wat de jaren zestig waren voor de rest van de wereld, een periode gekenmerkt door een escalerende vrije seksuele moraal. Almodovar lijkt met deze film het punt te willen maken, dat de seksuele moraal altijd al pervers was, maar dat ze door de liberalisering alleen maar zichtbaar is gemaakt en is bevrijdt uit het burgerlijke korset.
Na Almodovar hebben we een stuk van het meesterwerk Kaos gezien, naar een roman van Luigi Pirandello geregisseerd door de gebroeders Taviani. Daar kwamen weer hele andere vormen van perversiteit aan bod, die ik eerlijk gezegd een stuk origineler vond.
Zoals de moeder uit het hoofdstuk ' deandere zoon' die zegt:’ hij is dan wel uit me gekropen, maar het is mijn zoon niet.’ Na die opmerking volgt een relaas van Garibaldi die de gevangen bevrijdde, waardoor een hoop onschuldige maar ook een hoop gevaarlijke monsters werden losgelaten. In 'maanziekte' wordt een man gek van de maan. Zo laten de broers Taviani aan Almodovar zien, dat perversiteit opgesloten in het Korset van bijgeloof en de cultuur van het Siciliaanse platteland, ook magisch kan zijn.

donderdag 8 oktober 2009

Nobelprijs


De Duitse Herta Müller (1953) heeft de nobelprijs voor de literatuur gewonnen. De Zweedse jury prees haar omdat ze 'met de concentratie van de poëzie en de vrijheid van het proza het landschap van de misdeelden schildert' (NRC 8 oktober)
Ik heb nog nooit iets van deze vrouw gelezen. Wat zou dat zijn, een landschap van misdeelden? Het lijkt me een gruwelijk en toch ook fascinerend landschap. Een soort eerste wereldoorlog landschap met loopgraven en kermende soldaten die met verkrampte koppen liggen te sterven in ene wolk van giftig gas.

‘Haar eerste verhalenbundel Niederungen (1982) werd gecensureerd, een algeheel publicatieverbod dreef haar vijf jaar later naar Duitsland. Daar schreef ze veelgeprezen gruwelsprookjes over het leven van gewone Roemenen onder Ceausescu, in een plastisch Duits – gekenmerkt door cryptische metaforen en weglatingen – dat wel is omschreven als „het soort geheimtaal dat dissidenten bezigen wanneer zij afgeluisterd worden”.’ (NRC 8oktober).

Eigenlijk is een dissidente schrijver een accurate beschrijving van een schrijver pur sang. Iedere auteur heeft ten slotte z’n eigen geheimtaal, waarmee hij zijn verhalen met de mensheid deelt.

woensdag 7 oktober 2009

TOMTOM



Vanmiddag zijn Melle Smets en ik geïnterviewd door Hans de Geus van het radio programma de Avonden. We spraken over de snelwegsafari waaraan we de 16de oktober zullen beginnen. Ondanks dat ik bij publieke optredens (zelfs bij een ingebeeld publiek) altijd enigszins verstijf was dit een aangenaam gesprek. Terwijl de auto’s van de A4 onder ons doorraasden (we zaten in het brugrestaurant nabij schiphol) babbelde Melle er lustig op los, waardoor ook ik wat meer vertrouwen kreeg. Na het interview zijn we nog een uurtje blijven hangen, de auto’s die op acht banen tegelijk onder je doorrazen hebben iets hypnotiserends.

Hans de Geus en een vriendin die mee was en zich uitgaf voor stagiaire waren van mening dat het GPS systeem van de tomtom het autorijden ingrijpend en in negatieve zin had veranderd. Hun redenering was dat je door het gps systeem nog minder naar je omgeving kijkt dan we doorgaans toch al deden. Je rijd gedachteloos van A naar B. Melle zei hier op geen enkele manier last van te hebben. ‘wat ik vaak doe is de tomtom programmeren van A naar B, maar dan zet ik erbij: zonder bruggen en tunnels. Het duurt dan wel een stuk langer voor je op de plek van bestemming bent, maar je komt langs de meest wonderlijke plekken.’

(Ik typ dit bericht overigens in het huis van mijn ouders. Niet het huis waar ik ben opgegroeid, maar waar ze naartoe zijn verhusid nadat ik al enkele jaren uit huis was. Mijn ouders zijn niet aanwezig, ze bevinden zich een eind verderop in het huis van mijn oma die 86 of 87 is geworden. Zodadelijk ga ik daar ook heen. Als ik dit bericht af heb, zal ik een fiets uit de schuur pakken en een stuk de Asselsestraat omhoog fietsen om mij bij de rest te voegen.Wat ik wilde zeggen is dit: toen ik de deur opendeed, toen ik mijzelf binnenliet, was dat een vreemde gewaardwording. Het was een handeling die ik in dit huis nog nooit eerder had verricht.Een handeling die vroeger, toen ik nog bij mijn ouders woonde natuurlijk heel vaak verrichte. daar zal het mee te maken hebben geahd, dat vreemde, of vervreemdende gevoel.)

dinsdag 6 oktober 2009

Nukkige targetgroups



Vanavond tijdens het hardlopen realiseerde ik me dat mijn klacht over de Oranje postbussen tamelijk achterhaald is. Tussen PTT en TNT zat natuurlijk ook nog TPG, misschien waren die voornamelijk Oranje. Hoe het ook zij de TNT bussen bij mij uit de buurt zijn gewoon rood. Oranje heeft het waarschijnlijk moeten afleggen tegenover de klachtenstroom die het bedrijf heeft binnengekregen, of waarschijnlijker: nukkige targetgroups die niet lekker reageerden op de Oranje bus. De bus op de foto is trouwens wel een snoepje, je zou er bijna weer brieven van gaan schrijven.

Tegen Oranje



20 september heb ik in Groningen het openingspraatje gehouden van de internationale kunstmanifestatie Chromodomo, dat gaat over kleur en duurt nog tot en met november.
Ik vond het een vreemd onderwerp om centraal te stellen. Kleur, licht en ruimte. Als je niet beter weet dan denk al gauw aan iets antroposofisch. Ook heeft het iets persoonlijks, iets dat smaak gebonden lijkt te zijn.Iets heeft een kleur, zeggen we. De kleur is een rest product, het licht dat niet door het object wordt geabsorbeerd maar wordt afgekaatst. Kleur is wat we noemen, buitenkant. Ik heb het tijdens dat praatje gehouden over een project dat ik enkele maanden geleden heb gedaan in de Haagse buitenwijk Ypenburg (http://cultuursteppe.blogspot.com/2009/02/randstad.html).
In veel hedendaagse vinexwijken lijken projectontwikkelaars te hebben gedacht:’Als we de gevels maar genoeg kleur geven wordt het hier vanzelf gezellig’.
Hier wordt kleur duidelijk ingezet als afleidingsmanoeuvre, een manier om het over iets ander te hebben dan waar het werkelijk om gaat: de stedenbouwkundige opzet. Die kant van kleur, kleur als opmschmuck en schaamlap, heb ik nergens op de manifestatie aangetroffen. Waar ik het ook nog over had kunnen hebben (heb ik niet gedaan) is het dominante kleurgebruik van corporaties in het straatbeeld. Dat is niet iets om geringschattend over te doen. Denk aan de rode brievenbussen van de PTT. Persoonlijk was ik daaraan nogal gehecht en ik denk velen met mij, vooral nu die mooie rode kleur voor het veel schreeuweriger oranje van TNT is vervangen. Er zijn ook andere bedrijven die oranje voeren in hun huisstijl. Denk aan Nationale Nederlanden en ING. Die laatste heeft rondom het verkleuren van de postbank zelfs een hele reclame campagne gevoerd. De keuze voor oranje zal ongetwijfeld te maken hebben met de associatie aan onze nationale feestdagen. Maar deze corporatieve associatie met oranje geeft omgekeerd die feestdagen een vreemde bijsmaak. Het is in retrospectief net alsof alle spontaniteit van die feesten is georchestreerd. De hossende massa, blijkt een gesponsorde bende.

maandag 5 oktober 2009

Bewoonbaarheid van een superstructuur




In haar boek ‘ The Death and life of Great American cities’ ondesrcheidt Jane Jacobs mensen die ervan houden alles lopend te doen (foot people) en mensen die de auto verkiezen (car people). De afgelopen eeuw zijn steden steeds meer ingericht voor car people en hebben de foot people nauwelijks een stem gehad (het boek van jacobs dat werd gepubliceerd in de jaren zestig, heeft daar verandering in gebracht).
In haar inleiding geeft jacobs een interessant voorbeeld van haar argumentatie :‘we weten van romans, biografieën en legendes dat er mensen waren wiens sociale posities het hen verplichtten om in een rijtuig plaats te nemen, die peinzend uit het raampje naar de straat scènes keken en er naar verlangden deel te nemen aan de camaraderie, de aangename drukte en de beloftes op verassingen en avontuur.’(p.xii)
In haar boek lijkt ze dit argument verder uit te breiden door te beweren dat we car people zijn geworden tegen wil en dank, omdat de vooruitgang nu eenmaal niet te stoppen is.
We verlangen weliswaar naar kleine overzichtelijke gemeenschappen, maar willen niet leven met de nadelen. We zijn met andere woorden allemaal car people geworden die dagelijks voor hun werk heen en weer rijden. We zijn allemaal verslaafd aan de auto, maar tegelijkertijd dwepen we met het leven van de foot people. Vinexlocaties zijn wat dat betreft een uitstekende ruimtelijke vertaling van deze dubbelheid. Er wordt dikwijls geadverteerd met wonen in het groen of op het water, maar tegelijkertijd zijn het altijd gemeenschappen die draaien om het autogebruik. Ik lees Jacobs in voorbereiding op de snelwegsafari waaraan ik over twee weken samen met kunstenaar Melle Smets zal beginnen. Jacobs voert romans en legendes aan om iets te zeggen over de verlangens van mensen die gevangen zitten in hun rijtuigen. Onze hoop is om legendes en verhalen te verzamelen die ook een ander licht werpen op de autocultuur waarin wij leven. De snelweg lijkt van buitenaf soms een autonome voortrazende wereld te zijn waarin de mens wel haast een marginale rol lijkt te spelen. De snelwegsafari heeft als doel om opzoek te gaan naar de mens op de snwelweg en test deze superstructuur, en passant, op haar bewoonbaarheid.

zondag 4 oktober 2009

Jaren Vijftig


Vandaag ben ik op bezoek geweest bij een bevriend stel dat tijdelijk een boerderij bewoont in Wassenaar.We dronken koffie aan de keukentafel. De hele setting, de manier waarop het meisje haar sigaret vasthield en de dikke brillenglazen van de jongen, deed me sterk denken aan de jaren vijftig. Of beter gezegd, ik dacht:’zo moeten de jaren vijftig zijn geweest’. Onbelemmerd roken. Na de koffie dronken we nog een glaasje Campari met prosecco. Koolzuurbelletjes kleefden aan een olijf op de bodem van het glas.

vrijdag 2 oktober 2009

Hoge Wreef


Vandaag vertelde iemand me dat ik een danser had kunnen worden, met zulke hoge wreven. Ik voelde me gestreeld. Het klopt dat ik in de keuken soms denk met een ballet uitvoering bezig te zijn. Pirouettes op het gladde zijl. Helaas heb ik geen enkel ritme gevoel. Ik gebruik mijn wreven alleen nog om te verleiden.

donderdag 1 oktober 2009

import bruiden


Vandaag heb ik geluncht met een vriendin die werkt bij de Groene Amsterdamer. Ze vertelde dat ze bezig is met een stuk over import bruiden. We vinden dat een man die in Nederland woont z’n vrouw uit het buitenland mag halen. Het behoort tot de fundamentele mensenrechten. Maar de (hoogopgeleide) Turkse man haalt het liefst een analfabete vrouw uit de diepe binnenlanden om daar zoveel mogelijke kinderen mee te verwekken. ‘De druk die daarmee op de Nederlandse wijken komt te staan is onaanvaardbaar’, zei de vriendin. Hier heeft ze natuurlijk gelijk in, maar probeer dat maar eens in een artikel te krijgen zonder te verzanden in details en procedure kwesties. De Groene richt z'n aandacht hierop vanwege de kwestie die Wilders vlak voor het zomer recess ter sprake bracht:'wat kost een allochtoon?' Ook dat lijkt moeilijk uit te rekenen omdat de belastingdienst nou eenmaal niet bijhoudt of iemand eerste generatie of tiende generaitie Nederlander is. Om te beginnen moeten we geen onderscheid maken tussen liefde en economische motieven. De liefde is al ingewikkeld genoeg. De vraag blijft: mag je als overheid een van tevoren afgebakend gebied aanwijzen waar mensen hun huwelijkskandidaad vandaan moeten halen?